Artikel
1
In dit besluit en in de regelingen ter uitvoering van dit besluit wordt verstaan onder:
-
a.
"demobilisatie": het verlenen van ontslag of groot verlof aan, dan wel het ontheffen van de werkelijke dienst van militairen, ongeacht of zij daarbij een vrijwillig dienstverband aangaan om doorlopend werkelijke dienst bij de krijgsmacht te verrichten;
-
b.
"maand": de periode tussen een datum en de overeenkomstige datum van de volgende kalendermaand, met dien verstande, dat resterende gedeelten van een maand als volle maand worden berekend, voor zover deze gedeelten vijftien of meer dagen betreffen;
resterende gedeelten van minder dan vijftien dagen worden niet berekend;
-
c.
"zes maanden": een periode van 180 dagen;
-
d.
"militair inkomen": het inkomen, dat voor de militair zou gelden bij dienstvervulling buiten de keerkringen, voor wat het personeel van de Koninklijke Marine betreft bij plaatsing aan wal in Nederland.
Dit inkomen wordt berekend naar de rang of stand, laatstelijk in het Oosten bekleed - of, indien de militair daarna mocht zijn bevorderd tot een rang of stand, welke hoger is dan evenbedoelde, naar die rang of stand - waarbij, naar regelen, vast te stellen door Onze Minister van Marine, onderscheidenlijk Onze Minister van Oorlog, in overleg met Onze Minister van Financiën, vergoedingen of toelagen in aanmerking kunnen worden genomen;
-
e.
"het Oosten": het grondgebied van het voormalige Nederlandsch-Indië; voorts het Verre Oosten met aangrenzende zeegebieden zomede de Stille Oceaan met inbegrip van de daarin gelegen eilanden en de daaraan gelegen havens.