Artikel
1
Voor de toepassing van de Instellingswet Productschap voor Gedistilleerde Dranken (Stb. 1954, 450) en van de artikelen 94, 100, derde lid, en 104, tweede lid, van de Wet op de Bedrijfsorganisatie (Stb. 1950, K 22) ten aanzien van het Productschap voor Gedistilleerde Dranken wordt Onze Minister van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening mede als betrokken Minister aangemerkt, voor zoveel betreft verordeningen, die regelen inhouden, welke de afzetmogelijkheden voor agrarische grondstoffen van spiritus, moutwijn of gedistilleerde dranken beperken.