Wet van 20 december 1956, houdende verhoging van militaire pensioenen met een algemene toeslag

Algemene toeslagwet voor gepensioneerde militairen 1956

Wij JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat de beperking van overheidspensioenen bij gelijktijdige aanspraak op een pensioenwet krachtens de Algemene Ouderdomswet (Stb. 1956, 281) het wenselijk maakt de militaire pensioenen verder aan te passen aan het geldend bezoldigingspeil;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel

1

Artikel

2

Artikel

3

Artikel

4

Artikel

5

Artikel

6

Artikel

7

Artikel

8

De algemene toeslag wordt naar boven afgerond tot volle guldens.

Artikel

9

Pensioen en algemene toeslag worden als een eenheid beschouwd, waarop de op het betreffende pensioen betrekking hebbende wettelijke bepalingen van overeenkomstige toepassing zijn.

Artikel

10

Artikel

11

Artikel

12

De Algemene Rekenkamer toetst bij haar onderzoek naar de juistheid der betaalde bedragen aan algemene toeslag, deze uitsluitend aan de beslissingen krachtens deze wet genomen.

Artikel

13

De Raad van State gehoord, kunnen Wij deze wet of bepaalde artikelen daarvan van toepassing verklaren op andere pensioenen.

Artikel

14

De wetten, genoemd in artikel 1, tweede lid, onder a, vinden met ingang van het tijdstip van het in werking treden van deze wet geen toepassing meer op de pensioenen, in dier voege, dat op die pensioenen geen toeslagen en extra bijslag krachtens evenbedoelde wetten meer worden verleend.

Artikel

15

Artikel

16

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

17

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

18

Deze wet kan worden aangehaald onder de titel: Algemene toeslagwet voor gepensioneerde militairen 1956.

Artikel

19

Deze wet treedt in werking op een door Ons te bepalen tijdstip.

Lasten en bevelen, dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst, en dat alle Ministeriële Departementen, Autoriteiten, Colleges en Ambtenaren, wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven ten Paleize Soestdijk
JULIANA.
De Minister voor Defensie, C. STAF.
De Minister van Binnenlandse Zaken, Bezitsvorming en Publiekrechtelijke Bedrijfsorganisatie, STRUYCKEN.
De Minister van Justitie, SAMKALDEN.