Besluit van 28 juni 1958, houdende instelling commissies van bijstand Voedselvoorzieningsin- en verkoopbureau

Besluit instelling commissies van bijstand Voedselvoorzieningsin- en verkoopbureau

Wij JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening van 23 mei 1958, Nr. J. 1113, Directie Juridische en Bedrijfsorganisatorische Zaken, gehoord de in belangrijke mate betrokken produktschappen en bedrijfschappen;
De Raad van State gehoord (advies van 17 juni 1958, no. 52);
Gezien het nader rapport van voornoemde Minister van 23 juni 1958, Nr. J 1633, Directie Juridische en Bedrijfsorganisatorische Zaken;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel

1

Er zijn de volgende commissies van bijstand voor de directie van het Voedselvoorzieningsin- en verkoopbureau:

  • 1.

    de Algemene commissie van bijstand,

  • 2.

    de Commissie van bijstand voor granen,

  • 3.

    de Commissie van bijstand voor aardappelen en

  • 4.

    de Commissie van bijstand voor zuivel.

Artikel

2

De Algemene commissie van bijstand wordt samengesteld uit ten minste 3 en ten hoogste 8 leden; de overige in artikel 1 genoemde commissies worden elk samengesteld uit ten minste 3 en ten hoogste 5 leden.

Artikel

3

De Algemene commissie van bijstand heeft tot taak de directie van het bureau desgevraagd of eigener beweging van advies te dienen ten aanzien van alle vraagstukken, welke verband houden met de taak van het bureau, voorzover deze vraagstukken niet bij uitsluiting liggen op het werkterrein van één der overige in artikel 1 genoemde commissies.

Artikel

4

De Commissie van bijstand voor granen, de Commissie van bijstand voor aardappelen en de Commissie van bijstand voor zuivel hebben tot taak de directie van het bureau desgevraagd of eigener beweging van advies te dienen ten aanzien van de inkoop en verkoop van granen, van aardappelen, onderscheidenlijk van melk- en zuivelprodukten en de daarmede verband houdende werkzaamheden.

Artikel

5

Onze Minister van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening is belast met de uitvoering van dit besluit, dat in het Staatsblad zal worden geplaatst en waarvan afschrift zal worden gezonden aan de Raad van State.

Soestdijk
JULIANA.
De Minister van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening, A. VONDELING.
De Minister van Justitie, SAMKALDEN.