Een rechtspersoon met volledige rechtsbevoegdheid moet om door Ons in een uitvoercontrolebesluit als uitvoercontrole-instelling te worden aangewezen, voldoen aan de volgende voorwaarden:
-
a.
zij moet ten doel hebben, door middel van het uitoefenen van toezicht, de goede hoedanigheid en verzorging van een of meer der in artikel 2 van wet genoemde produkten te bevorderen;
-
b.
zij mag in geen enkel opzicht werkzaam zijn met het oogmerk winst te behalen;
-
c.
zij moet ieder als aangeslotene toelaten, die haar schriftelijk de wens te kennen geeft zich overeenkomstig het in de statuten bepaalde aan haar toezicht te onderwerpen;
-
d.
zij moet door de samenstelling van haar bestuur een algemeen de belanghebbenden vertegenwoordigend karakter hebben;
-
e.
zij moet, indien in een uitvoercontrolebesluit overeenkomstig artikel 5 van de wet een keuring is voorgeschreven, in een keuringsreglement datgene voorschrijven, wat nodig is voor een goed verloop der keuring, daaronder begrepen het uitreiken en het gebruik van merken, tekenen en bewijsstukken als bedoeld in artikel 6 van de wet, indien de rechtspersoon tot dat uitreiken bevoegd is verklaard; zij moet in dat reglement tevens regelen stellen inzake het beroep van de bij keuring genomen beslissingen;
-
f.
zij moet zich onderwerpen aan toezicht op de uitvoering der wet, uit te oefenen volgens door Onze Minister te stellen regelen en ten behoeve van het welslagen daarvan alle medewerking verlenen;
-
g.
haar statuten en reglementen, alsmede wijzigingen en aanvullingen van haar statuten en reglementen, behoeven de goedkeuring van Onze Minister;
-
h.
het financieel beheer, waaronder begrepen de vaststelling van een tarief voor de kosten van de controle, de regeling van de wijze van inning dier kosten en het eisen van een zekerheidstelling door de aangeslotenen voor de juiste naleving van de uit de wet voortvloeiende verplichtingen, moet geschieden onder toezicht van Onze Minister;
-
i.
de voorzitter van het bestuur van de rechtspersoon moet worden benoemd door Onze Minister;
-
j.
de benoeming van een directeur behoeft de goedkeuring van Onze Minister;
-
k.
de voorzitter, de overige bestuursleden en het personeel van de rechtspersoon, alsmede de met de uitoefening van tuchtrecht als bedoeld in § 4 belaste personen, zijn verplicht tot geheimhouding van alles, wat zij in verband met de uitoefening hunner functie omtrent persoonlijke en zakelijke omstandigheden van een aangeslotene ervaren;
-
l.
de statuten van de rechtspersoon moeten bepalingen bevatten overeenkomstig het bij dit artikel onder de letters a-d en f-k voorgeschrevene;
-
m.
haar statuten moeten voorts de bepaling inhouden, dat een of meer door Onze Minister aan te wijzen personen recht van toegang hebben tot de vergaderingen van het bestuur en bevoegd zijn aan de beraadslagingen daarvan deel te nemen.