Artikel
1
Voor de toepassing van dit Besluit wordt verstaan onder "termijn van dagvaarding": de termijn van dagvaarding terzake van een beroep in cassatie als bedoeld in § 2 van de Cassatieregeling voor de Nederlandse Antillen.
Hebben goedgevonden en verstaan:
Voor de toepassing van dit Besluit wordt verstaan onder "termijn van dagvaarding": de termijn van dagvaarding terzake van een beroep in cassatie als bedoeld in § 2 van de Cassatieregeling voor de Nederlandse Antillen.
Voor hen, die in de Nederlandse Antillen wonen of verblijfhouden, is de gewone termijn van dagvaarding ten minste twee maanden.
In geval de gedaagde geen woonplaats binnen de Nederlandse Antillen heeft, daar ook geen bekende werkelijke verblijfplaats bezit en zijn woonplaats buiten de Nederlandse Antillen onbekend is, en tevens in het geval in rechte worden opgeroepen houders van aandelen in geldleningen of maatschappijen welke niet op naam staan en waarvan de eigenaars uit dien hoofde onbekend zijn, is de termijn van dagvaarding ten minste drie maanden.
Indien de gedaagde, die binnen de Nederlandse Antillen noch een bekende woonplaats noch een bekend werkelijk verblijf bezit, daarbuiten een bekende woonplaats heeft, gelden de hierna volgende termijnen van dagvaarding:
indien de gedaagde in Amerika of in Europa woont: ten minste drie maanden;
indien de gedaagde elders woont: ten minste vier maanden.
Indien de eiser in het geval, in het vorige lid bedoeld, een authentiek afschrift van de dagvaarding binnen vier weken na de dag van het exploot door een openbaar ambtenaar in het land van bestemming aan de gedaagde doet uitreiken, zijn de termijnen van dagvaarding:
indien de gedaagde in Nederland woont: ten minste zes weken;
indien de gedaagde elders woont: ten minste twee maanden.
De vervulling van de voorwaarde, bedoeld in het vorige lid, kan slechts worden bewezen door een ten dienenden dage overgelegd authentiek verbaal van de openbare ambtenaar, waarin deze verklaart een hem door de exploterende deurwaarder toegezonden afschrift der dagvaarding op diens verzoek op de door hem vermelde dag aan de gedaagde in persoon of aan diens woonplaats te hebben uitgereikt. De dagvaarding moet melding maken van het door de deurwaarder te doen verzoek.
De termijnen, in de vorige artikelen vermeld, kunnen op verzoek van de eiser, zo nodig onder het stellen van voorwaarden, door het Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen worden verkort. In dat geval worden de vergunningen en de voorwaarden, waaronder deze zijn verleend, aan het hoofd van het exploot gesteld en hiermede gelijktijdig geregistreerd.
Indien een exploot aan iemand, die buiten de Nederlandse Antillen woonachtig is, aan zijn persoon binnen de Nederlandse Antillen wordt gedaan of indien de betrokkene in een bepaalde zaak woonplaats binnen de Nederlandse Antillen heeft gekozen, gelden de termijnen van dagvaarding, voor ingezetenen van de Nederlandse Antillen vastgesteld.
De in artikel 5, derde lid, van de Cassatieregeling voor de Nederlandse Antillen bedoelde termijn bedraagt veertien vrije dagen.
De in artikel 11, eerste lid, van de Cassatieregeling voor de Nederlandse Antillen bedoelde termijn voor het instellen van beroep in cassatie in strafzaken bedraagt één maand voor de verdachte, die geen woonplaats heeft op het eiland waar de beslissing, tegen welke hij beroep in cassatie instelt, is uitgesproken.
Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit, dat in het Staatsblad, in het Gouvernementsblad van Suriname en het Publicatieblad van de Nederlandse Antillen zal worden geplaatst en waarvan afschrift zal worden gezonden aan de Raad van State van het Koninkrijk.