Artikel
1
De door de Sociale Verzekeringsbank, en het Landelijk instituut sociale verzekeringen ingevolge de wet van 9 april 1959, Stb. 140, houdende een interimregeling inzake beperking van samenloop van pensioenen en uitkeringen ingevolge de Algemene Weduwen- en Wezenwet met renten en uitkeringen ingevolge de Ongevallenwetten, bijslagen op die renten en uitkeringen en toeslagen op renten krachtens de Invaliditeitswet, niet uitbetaalde bedragen der renten en uitkeringen, alsmede de in artikel 4, tweede lid, van de beschikking van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 2 september 1959, nr. 3600, bedoelde interest, worden per en op de liquidatiedatum overgedragen aan het Arbeidsongeschiktheidsfonds, als bedoeld in hoofdstuk III, par. 2, van de Wet op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering.