Besluit van 21 november 1967, houdende vaststelling van een algemene maatregel van bestuur als bedoeld in de artikelen 415a, eerste lid, 415b, tweede lid, 415d, tweede lid, 415f en 415g van het Wetboek van Koophandel

Besluit aanspraken van schepelingen, die niet verzekerd zijn ingevolge de Ziektewet

Wij JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, mede namens Onze Minister van Justitie, van 12 oktober 1967, Directoraat-Generaal voor Sociale Voorzieningen, Directie Soc. Verz., Afdeling A.Z., No. 60159;
Gelet op de artikelen 415a, eerste lid, 415b, tweede lid, 415d, tweede lid, 415f en 415g van het Wetboek van Koophandel;
De Raad van State gehoord (advies van 1 november 1967, No. 58);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 13 november 1967, Directoraat-Generaal voor Sociale Voorzieningen, Directie Soc. Verz., Afd. A.Z., No. 60643;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel

1

Het naar tijdruimte in geld vastgestelde loon, bedoeld in de artikelen 415a, eerste lid, en 415g, eerste volzin, van het Wetboek van Koophandel, wordt verhoogd met de geldswaarde van kost aan boord, zoals deze is vastgesteld krachtens artikel 8, tweede lid, van de Coördinatiewet Sociale Verzekering, en, indien de schepeling, behorende tot het civiele dienstpersoneel, laatstelijk een functie vervulde, waarbij voor het bepalen van het hem toekomende loon met het ontvangen van fooien of dergelijke prestaties van derden rekening is gehouden, met het bedrag aan fooien, dat voor hem krachtens artikel 7, eerste lid, van de Coördinatiewet Sociale Verzekering zou gelden, indien hij verzekerd zou zijn ingevolge de Ziektewet. Indien echter met de schepeling een loon is overeengekomen, dat lager is dan het voor in Europa wonende schepelingen geldende loon, wordt de in de vorige volzin bedoelde geldswaarde van kost aan boord slechts voor tweederde gedeelte medegeteld.

Artikel

2

Artikel

3

Artikel

4

Bij samenloop over eenzelfde tijdvak en ter zake van eenzelfde arbeidsongeschiktheid, overlijden of aandoening van uitkeringen of voorzieningen als bedoeld in de artikelen 415a - 415e van het Wetboek van Koophandel met uitkeringen of voorzieningen ingevolge een andere wettelijke regeling, waaronder begrepen een wettelijke regeling van een andere Mogendheid, worden de eerstbedoelde uitkeringen of voorzieningen slechts verleend, voor zover deze de laatstbedoelde uitkeringen of voorzieningen overtreffen. Het bepaalde in de vorige volzin vindt geen toepassing ten aanzien van samenloop van een uitkering ineens, als bedoeld in artikel 415e van het Wetboek van Koophandel met een overlijdensuitkering, bedoeld in artikel 1639l van het Burgerlijk Wetboek.

Artikel

6

Dit besluit kan worden aangehaald als Besluit aanspraken van schepelingen, die niet verzekerd zijn ingevolge de Ziektewet.

Artikel

7

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na die, waarop het in het Staatsblad wordt geplaatst en werkt terug tot 1 juli 1967.

Onze Ministers van Sociale Zaken en Volksgezondheid en van Justitie zijn belast met de uitvoering van dit besluit, dat in het Staatsblad zal worden geplaatst en waarvan afschrift zal worden gezonden aan de Raad van State.

Soestdijk
JULIANA.
De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, B. ROOLVINK.
De Minister van Justitie, C. H. F. POLAK.
De Minister van Justitie, C. H. F. POLAK.

Bijlage

Vervallen.