Besluit van 30 december 1970, tot vaststelling van de algemene maatregel van bestuur als bedoeld in artikel 349, laatste lid, van het Wetboek van Koophandel

Besluit dagboeken voor schepen 1970

Wij JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Verkeer en Waterstaat van 20 november 1970, no. 60.655 J, Directoraat-Generaal van Scheepvaart, mede namens Onze Minister van Justitie;
Overwegende dat het Besluit van 4 november 1926, Stb. 369, zoals dat sedert is gewijzigd, aanpassing behoeft aan de huidige terzake bestaande omstandigheden;
Gelet op artikel 349, laatste lid, van het Wetboek van Koophandel;
De Raad van State gehoord (advies van 9 december 1970 nr. 12);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Verkeer en Waterstaat van 21 december 1970, no. 61,071/J, Directoraat-Generaal van Scheepvaart, mede namens Onze Minister van Justitie;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel

1

Voor de toepassing van dit besluit wordt onder zeeschip niet een zeevissers- en kustvissersschip verstaan.

Artikel

2

Als dagboek mag alleen een deugdelijk uitgevoerd boek van stevig papier worden gebruikt.

Artikel

3

Artikel

4

In het scheepsdagboek voor zeeschepen moet op de daarvoor volgens het model bestemde plaats worden opgenomen een uittreksel van het certificaat van uitwatering.

Tevens moet in het scheepsdagboek worden vermeld de gemiddelde diepgang van het schip bij aflading tot het middelpunt van de ring van het uitwateringsmerk.

Artikel

5

De in de modellen opgenomen bladwijzer mag met andere dan de in het model vermelde onderwerpen worden aangevuld.

Artikel

7

Ons besluit van 4 november 1926 (Stb. 369), laatstelijk gewijzigd bij Ons besluit van 26 november 1969 (Stb. 529), wordt ingetrokken.

Artikel

8

Dit besluit kan worden aangehaald als "Besluit dagboeken voor schepen 1970".

Het treedt in werking op een door Ons te bepalen tijdstip.

Onze Ministers van Verkeer en Waterstaat en van Justitie zijn belast met de uitvoering van dit besluit, hetwelk in het Staatsblad zal worden geplaatst en waarvan afschrift zal worden gezonden aan de Raad van State.

Soestdijk
JULIANA.
De Minister van Verkeer en Waterstaat, J. A. BAKKER.
De Minister van Justitie, C. H. F. POLAK.
De Minister van Justitie, C. H. F. POLAK.

Bijlage

I

Scheepsdagboek

Over de periode .......................................................... t/m ....................................................................

van het zeeschip

genaamd: .............................................................................................................................................

internationaal naamsein: .................................................................................................................

haven waar het schip thuishoort: ......................................................................................................

kapitein: ..............................................................................................................................................

Het scheepsdagboek wordt bijgehouden onder meer ingevolge:

artt. 348 en 349 Wetboek van Koophandel (algemene voering van het dagboek);

de algemene maatregel van bestuur tot uitvoering van art. 349 Wetboek van Koophandel (inrichting van het dagboek) Koninklijk besluit van 30 december 1970, Stb. 659;

art. 351 Wetboek van Koophandel (adviezen van de bemanning);

art. 421 Wetboek van koophandel (weigeren toestemming het schip te verlaten);

art. 25, onder c, Boek 1 Burgerlijk Wetboek, J°. art. 39 Besluit Burgerlijke Stand (inschrijving van geboorten aan boord) (Stb. 1969, 326);

art. 25, onder c, Boek 1 Burgerlijk Wetboek, j°. art. 54 Besluit Burgerlijke Stand (inschrijving van sterfgevallen aan boord) (Stb. 1969, 326);

art. 2 Koninklijk besluit van 18 oktober 1869, Stb. 162 (overboord zetten van lijken);

art. 9, eerste lid, onder h, Schepenwet (aantekenen wat ter voldoening aan de onder b t/m g van dat lid opgelegde verplichtingen is geschied);

art. 14, tweede lid, Schepenbesluit 1965 (wijze van handelen bij schade in het buitenland);

art. 156, eerste lid, Schepenbesluit 1965 (redenen voor niet te hulp komen van in nood verkerende personen);

art. 160 Schepenbesluit 1965 (onderwerpen waarvan aantekening in het dagboek verplicht is);

art. 43, vierde lid, Schepelingenbesluit (inspecties levensmiddelen en drinkwater, ruimten en uitrustingen gebruikt voor de bewaring en de behandeling van levensmiddelen en drinkwater, alsmede de kombuis en elke andere inrichting gebruikt voor het bereiden en opdienen van maaltijden);

art. 66, derde lid, Schepelingenbesluit (inspecties van verblijven);

art. 12, eerste lid, Wet op de Geneesmiddelenvoorziening (overtreding van bepalingen dezer wet).

De bladwijzer moet omtrent de aldaar aangewezen onderwerpen onmiddellijk en volledig worden bijgehouden.

De bladwijzer mag met andere onderwerpen worden aangevuld.

Bladwijzer

Adviezen van de bemanning

Reden voor weigeren toestemming het schip te verlaten

Ziekte en verwonding van opvarenden

Geboorten aan boord

Overlijden van opvarenden en overboord zetten van lijken

Ontslag of achterblijven of beëindiging van de dienstbetrekking van leden van de bemanning

Hulpverlenen aan schepen en vliegtuigen; misbruik internationaal noodsein

Niet te hulp komen in nood verkerende personen

Averijen en andere ongevallen; bijzondere voorvallen

Aanvaringen en aan de grond lopen

Gebreken aan schip, machinerieën en uitrusting; inspecties door surveyors van één der erkende particuliere onderzoekingsbureaus

Dokken of op een andere wijze droogzetten

∗

Appéls en oefeningen

∗

Inspectie redding- en brandblusmiddelen; controle van de vulling en het persen van gascilinders

∗

Beproeving en inspecties van waterdichte deuren, patrijspoorten en andere afsluitmiddelen in het scheepsboord en in de waterdichte schotten

∗

Beproeving noodkrachtbron en elektrische noodverlichting

∗

Beproeving hulpstuurinrichting

∗

Inspectie laadgerei

Verificatie van zeekaarten en zeilaanwijzingen; gebreken en herstellingen aan navigatiemiddelen; compenseren en verifiëren van kompasfouten en fouten richtingzoeker

Gevaarlijke stoffen aan boord van passagiersschepen

Hoogte deklast en peilingen van ballasttanks bij aanvang reis voor schepen die een deklast hout vervoeren

lnspectie verblijven, levensmiddelen, drinkwater, kombuizen en proviandbergplaatsen

Overtreding van bepalingen Wet op de Geneesmiddelenvoorziening

Controle dagboek door de Scheepvaartinspectie

∗ Datum van laatste aantekening uit vorig dagboek.

Diepgang en stand der uitwateringsmerken ten opzichte van de waterlijn

Datum en plaats

Diepgang

Afstand van het middelpunt van de ring van het uitwateringsmerk tot de waterlijn (lastlijn)

Soortelijk gewicht van het water

Handtekening van de kapitein

Voor

Achter

Stuurboord

Bakboord

De gemiddelde diepgang bij aflading tot het middelpunt van de ring van het uitwateringsmerk bedraagt ...... cm.

Internationaal

Uittreksel van het Certificaat van Uitwatering no. ..... Nationaal

nieuw schip Vrijboord toegekend als bestaand schip

type A Scheepstype: type B

type B met gereduceerd vrijboord

type B met vergroot vrijboord

artikel 2(8) van het Internationaal verdrag betreffende de uitwatering van schepen 1966 ..... Lengte (L) als omschreven in artikel 2(1) van Bijlage I van het Schepenbesluit 1965

Zomer

Z ..... cm,

bovenkant van de lijn door het middelpunt van de ring

Winter

W ..... cm,

..... cm onder Z

Winter in de N.A. Oceaan

WNA ..... cm,

..... cm onder Z

Houtvaart Tropen

HT ..... cm,

..... cm boven HZ

Houtvaart Zomer

HZ ..... cm,

..... cm boven Z

Houtvaart Winter

HW ..... cm,

..... cm onder HZ

Houtvaart Winter in de N.A. Oceaan

HWNA ..... cm,

..... cm onder HZ

VERMINDERING VOOR ZOETWATER VOOR ELK VRIJBOORD ANDERS DAN VOOR DE HOUTVAART .............................. CM; VOOR ELK HOUTVAART VRIJBOORD ........................................ CM.

DE BOVENKANT VAN DE DEKLIJN WAARVAN ELK VRIJBOORD GEMETEN IS LIGT .................

..... CM .............................................................................. DEK IN DE ZIJDE ...................................

Uittreksel van het certificaat voor de Houtvaart

De Hoogte van de deklast mag:.........................................................................................................

gemeten van ..........................................................................................................................................

Bootoefeningen

Datum en plaats

Welke boten

Naar buiten gedraaid

Te water gelaten

Roei- en zeiloefeningen

Toestand boten en uitrusting

Handtekening van de kapitein

Laatste oefeningen overgenomen uit het vorige dagboek:

Oefeningen gedurende het gebruik van dit dagboek:

Varende in ...... van ......

Wacht

Tijdstippen

Verheid volgens log

Gestuurde koers

Variatie

Deviatie van standaard-kompas

Behoud

Aantal omwentelingen van de schroef per minuut

Gyrokompas

Stuur-kompas

Standaard-kompas

Koers

Verheid

HW

DW

VM

AM

PV

EW

te

u.

m.

aan ∗

breedte

lengte

Gegist:

te

u.

m.

aan

breedte

lengte

Waar:

te

u.

m.

aan

breedte

lengte

Waargenomen fout standaard-kompas

te

u.

m.

aan ∗

bij kompaskoers

fout

Gegist behoud:

te

u.

m.

aan

bij kompaskoers

fout

te

u.

m.

aan

bij kompaskoers

fout

Waar behoud:

te

u.

m.

aan

bij kompaskoers

fout

te

u.

m.

aan

bij kompaskoers

fout

te

u.

m.

aan

bij kompaskoers

fout

∗ zon, maan of ster.

naar ...... dag, ...... 19 ......

Wind

Weder

Zee

Deining

Barometerstand

Temperatuur (lucht)

Temperatuur (zeewater)

Wind

Weder

Zee

Deining

Barometerstand

Temperatuur (lucht)

Temperatuur (zeewater)

Wind

Weder

Zee

Deining

Barometerstand

Temperatuur (lucht)

Temperatuur (zeewater)

Wind

Weder

Zee

Deining

Barometerstand

Temperatuur (lucht)

Temperatuur (zeewater)

Wind

Weder

Zee

Deining

Barometerstand

Temperatuur (lucht)

Temperatuur (zeewater)

Wind

Weder

Zee

Deining

Barometerstand

Temperatuur (lucht)

Temperatuur (zeewater)

Restant gisteren op de middag:

....................

....................

....................

tonnen

............. 19...

Verbruikt in dit etmaal:

....................

....................

....................

tonnen

Restant heden op de middag:

....................

....................

....................

tonnen

De schepeling met het houden van het dagboek belast,

Resultaat van beproeving radiotelegrafie-auto-alarmtoestel: ..................................

Staat waarin de reserve krachtbron van de radio-installatie zich bevindt: .................

De kapitein,

Bijlage

II

Dagboek

Over de periode van ........................................................ t/m ...............................................................

van het zeevissersvaartuig

genaamd: ..........................................................................................................................................

gemerkt: .............................................................................................................................................

internationaal naamsein: ...............................................................................................................

schipper: ...............................................................................................................................................

Het dagboek wordt bijgehouden onder meer ingevolge:

artt. 348 en 349 Wetboek van koophandel (algemene voering van het dagboek);

de algemene maatregel van bestuur tot uitvoering van art. 349 Wetboek van Koophandel (inrichting van het dagboek) Koninklijk besluit van 30 december 1970, Stb. 659;

art. 351 Wetboek van Koophandel (adviezen van de bemanning);

art. 452jWetboek van Koophandel (weigeren toestemming het schip te verlaten);

art. 25, onder c, Boek 1 Burgerlijk Wetboek, j°. art. 54 Besluit Burgerlijke Stand (inschrijving van sterfgevallen aan boord) (Stb. 1969, 326);

art. 2 Koninklijk besluit van 18 oktober 1869, Stb. 162 (overboord zetten van lijken);

art. 9, eerste lid, onder h, Schepenwet (aantekenen wat ter voldoening aan de onder b t/m g van dat lid opgelegde verplichtingen is geschied);

art. 14, tweede lid, Schepenbesluit 1965 (wijze van handelen bij schade in het buitenland);

art. 156, eerste lid, Schepenbesluit 1965 (redenen voor niet te hulp komen van in nood verkerende personen);

art. 160 Schepenbesluit 1965 (onderwerpen waarvan aantekening in het dagboek verplicht is);

art. 43, vierde lid, Schepelingenbesluit (inspecties levensmiddelen en drinkwater, ruimten en uitrustingen gebruikt voor de bewaring en de behandeling van levensmiddelen en drinkwater, alsmede de kombuis en elke andere inrichting gebruikt voor het bereiden en opdienen van maaltijden);

art. 66, derde lid, Schepelingenbesluit (inspecties van verblijven).

De bladwijzer moet omtrent de aldaar aangewezen onderwerpen onmiddellijk en volledig worden bijgehouden.

De bladwijzer mag met andere onderwerpen worden aangevuld.

Bladwijzer

Reden voor weigeren toestemming het schip te verlaten

Ziekte en verwonding van opvarenden

Geboorten aan boord

Overlijden van opvarenden en overboord zetten van lijken

Ontslag of achterblijven of beëindiging van de dienstbetrekking van leden van de bemanning

Hulpverlenen aan schepen en vliegtuigen; misbruik internationaal noodsein

Niet te hulp komen in nood verkerende personen

Averijen en andere ongevallen; bijzondere voorvallen

Aanvaringen en aan de grond lopen

Gebreken aan schip, machinerieën en uitrusting; inspecties door surveyors van één der erkende particuliere onderzoekingsbureaus

Dokken of op een andere wijze droogzetten

*

Appels en oefeningen

*

Inspectie redding- en brandblusmiddelen; controle van de vulling en het persen van gascilinders

*

Beproeving en inspecties van waterdichte deuren, patrijspoorten en andere afsluitmiddelen in het scheepsboord en in de waterdichte schotten

*

Beproeving noodkrachtbron en elektrische noodverlichting

*

Beproeving hulpstuurinrichting

*

Inspectie laadgerei

Verificatie van zeekaarten en zeilaanwijzingen; gebreken en herstellingen aan navigatiemiddelen; compenseren en verifiëren van kompasfouten en fouten richtingzoeker

Gevaarlijke stoffen aan boord van passagiersschepen

Hoogte deklast en peilingen van ballasttanks bij aanvang reis voor schepen die een deklast hout vervoeren

Inspectie verblijven, levensmiddelen, drinkwater, kombuizen en proviandbergplaatsen

Overtreding van bepalingen Wet op de Geneesmiddelenvoorziening

Controle dagboek door de Scheepvaartinspectie

* Datum van laatste aantekening uit vorig dagboek.

van gebeurtenissen en opmerkingen diepten,

*

grondsoorten

kompasfouten

.............................. dag, ....................... 19 ......

De schepeling met het houden van het dagboek belast,

De schipper,

* Deze ruimte kan worden ingericht voor het vermelden van decca-waarnemingen.

Bijlage

III

Machine-dagboek

Over de periode van ................................................... t/m ......................................................

van het zeeschip

genaamd: ...................................................................................................................................

internationaal naamsein: .......................................................................................................

haven waar het schip thuishoort: ..........................................................................................

hoofd van de machinekamer: ...............................................................................................

kapitein: .....................................................................................................................................

Het machine-dagboek wordt bijgehouden onder meer ingevolge:

artt. 348 en 349 Wetboek van Koophandel (algemene voering van het dagboek);

de algemene maatregel van bestuur tot uitvoering van art. 349 Wetboek van Koophandel (inrichting van het dagboek) Koninklijk besluit van 30 december 1970, Stb. 659;

art. 9, eerste lid, onder h, Schepenwet (aantekenen wat gedaan is om de machinerieën en uitrusting in goede staat te houden);

art. 160 Schepenbesluit 1965 (onderwerpen waarvan aantekening in het dagboek verplicht is).

De bladwijzer moet omtrent de aldaar aangewezen onderwerpen onmiddellijk en volledig worden bijgehouden.

De bladwijzer mag met andere onderwerpen worden aangevuld.

Bladwijzer

Inspecties door ambtenaren van de Dienst voor het Stoomwezen

lnspecties door surveyors van één der erkende particuliere onderzoekingsbureaus

Overige inspecties

Averij aan de voortstuwingsinstallatie

Averij aan hulpwerktuigen

Averij aan ketels

Belangrijke herstellingen en vernieuwingen

Controle dagboek door de Scheepvaartinspectie

Bijzondere opmerkingen, gebeurtenissen, averijen, enz.

OPMERKINGEN:

Het hoofd van de machinekamer,

De kapitein,