Besluit van 22 december 1972, houdende vaststelling van een algemene maatregel van bestuur als bedoeld in artikel 52 van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering

Besluit voorkoming en beperking samenloop WAO- en Wet WIA-uitkeringen met uitkeringen op grond van de sociale wetgeving van een andere Mogendheid

Wij JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.
Op de voordracht van de Staatssecretaris van Sociale Zaken van 1 november 1972, Directoraat-Generaal voor Sociale Voorzieningen, Directie Soc. Verz., Afd. W.V., no. 54993;
De Sociaal-Economische Raad gehoord (advies van 19 november 1971);
De Raad van State gehoord (advies van 15 november 1972, No. 19);
Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Sociale Zaken van 18 december 1972, Directoraat-Generaal voor Sociale Voorzieningen, Directie Soc. Verz., Afd. W.V., no. 55.493;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel

1

Artikel

2

Artikel

3

Artikel

4

Artikel

5

Bij samenloop over eenzelfde tijdvak van een arbeidsongeschiktheidsuitkering, welke is toegekend op grond of mede op grond van het bepaalde in artikel 3 van de Wet overgangsregeling arbeidsongeschiktheidsverzekering met een of meer uitkeringen als bedoeld in artikel 1 onder a en/of een of meer uitkeringen als bedoeld in artikel 3, wordt, zolang de arbeidsongeschiktheid niet is afgenomen, de uitbetaling van de arbeidsongeschiktheidsuitkering ter zake van die samenloop niet verder beperkt dan tot het bedrag, waarop de betrokkene laatstelijk aan invaliditeitsrente ingevolge de Invaliditeitswet en bijslag ingevolge de Interimwet invaliditeitsrentetrekkers aanspraak had.

Artikel

6

Artikel

7

Artikel

8

Artikel

9

Artikel

10

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit voorkoming en beperking samenloop WAO- en Wet WIA-uitkeringen met uitkeringen op grond van de sociale wetgeving van een andere Mogendheid.

Artikel

11

Dit besluit treedt in werking met ingang van de eerste dag van de maand na de datum van uitgifte van het Staatsblad, waarin het wordt geplaatst, met dien verstande, dat artikel 8 terugwerkt tot 1 oktober 1969 en artikel 9 tot 1 december 1969.

Onze Minister van Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit, dat in het Staatsblad zal worden geplaatst en waarvan afschrift zal worden gezonden aan de Raad van State.

Soestdijk
JULIANA.
De Staatssecretaris van Sociale Zaken, RIETKERK.
De Minister van Justitie, VAN AGT.