Artikel
1
Voor zoveel nodig in afwijking van het bepaalde in artikel 59b van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering of in artikel 68 van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen, vindt, ingeval de arbeidsongeschiktheidsuitkering of werkhervattingsuitkering gedeeltelijk arbeidsgeschikten wordt beëindigd en het niet aannemelijk is, dat binnen korte tijd wederom aanspraak op een dergelijke uitkering zal ontstaan, uitbetaling van de vakantieuitkering plaats gelijktijdig met de uitbetaling van de laatste termijn van de arbeidsongeschiktheidsuitkering of werkhervattingsuitkering gedeeltelijk arbeidsgeschikten of zo spoedig mogelijk daarna.