Artikel
1
1
De verboden, voor zoveel betreft het verstrekken en het vervoeren, gesteld in artikel 2, eerste lid, onder B, en in artikel 3, eerste lid, onder B, en de verboden, gesteld in artikel 2, eerste lid, onder C, en in artikel 3, eerste lid, onder C, van de Opiumwet, zijn niet van toepassing op:
-
a.
ziekenhuizen in de zin van de Wet op de Geneesmiddelenvoorziening (Stb. 1958, 408);
-
b.
diensten als bedoeld in artikel 14, derde lid, van de Arbeidsomstandighedenwet 1998 en de Rijks Bedrijfsgezondheids- en Bedrijfsveiligheidsdienst, voor wat betreft door Onze Minister aangewezen middelen;
-
c.
door Onze Minister overeenkomstig door Ons gestelde regelen erkende instellingen tot het verlenen van hulp aan verslaafden, voor wat betreft door Onze Minister aangewezen middelen;
-
d.
huizen van bewaring, gevangenissen, inrichtingen als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder l, van de Wet op de jeugdhulpverlening en rijks- en particuliere inrichtingen voor ter beschikking gestelden, voor wat betreft door Onze Minister van Justitie aangewezen middelen;
-
e.
de Organisatie voor het Verbod van Chemische Wapens.