Wet van 29 juni 1978, houdende goedkeuring en uitvoering van de op 1 september 1970 te Genève tot stand gekomen Overeenkomst inzake het internationale vervoer van aan bederf onderhevige levensmiddelen en het gebruik van speciale vervoermiddelen bij dit vervoer (ATP), met Bijlagen

Wet grensoverschrijdend vervoer van aan bederf onderhevige levensmiddelen

Wij Juliana, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat de op 1 september 1970 te Genève tot stand gekomen Overeenkomst inzake het internationale vervoer van aan bederf onderhevige levensmiddelen en het gebruik van speciale vervoermiddelen bij dit vervoer (ATP), met Bijlagen, ingevolge artikel 60, tweede lid, van de Grondwet de goedkeuring der Staten-Generaal behoeft alvorens te kunnen worden bekrachtigd;
dat zodanige bekrachtiging het stellen van regelen ter uitvoering van de Overeenkomst vereist;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel

1

De op 1 september 1970 te Genève tot stand gekomen Overeenkomst inzake het internationaal vervoer van aan bederf onderhevige levensmiddelen en het gebruik van speciale vervoermiddelen bij dit vervoer (ATP), met Bijlagen, waarvan de Engelse en Franse tekst en de vertaling in het Nederlands in Tractatenblad 1972, 112 zijn geplaatst, wordt goedgekeurd voor Nederland.

Artikel

2

Artikel

3

Het is verboden voor het grensoverschrijdend vervoer van aan bederf onderhevige levensmiddelen bestemde vervoermiddelen aan te duiden als "geïsoleerde", "niet mechanisch gekoelde", "mechanisch gekoelde" of "verwarmde" vervoermiddelen tenzij zij beantwoorden aan de in Bijlage 1 van de Overeenkomst vastgelegde definities en normen.

Artikel

4

Tijdens het grensoverschrijdend vervoer van aan bederf onderhevige levensmiddelen moeten de voorschriften in de Bijlagen 2 en 3 van de Overeenkomst worden gehandhaafd.

Artikel

5

Artikel

6

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde in de artikelen 3, 4 en 5, alsmede bij of krachtens artikel 12, zijn belast de bij besluit van Onze Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij aangewezen ambtenaren.

Artikel

7

Artikel

8

Artikel

9

Artikel

10

Met een door de in artikel 8, tweede en derde lid, bedoelde keuringsinstelling afgegeven keuringscertificaat wordt gelijkgesteld:

  • a.

    een keuringscertificaat, afgegeven overeenkomstig de Bijlage I aanhangsel 1, vierde lid, van de Overeenkomst, door een bevoegde keuringsinstelling in een van de landen, zijnde partij bij de Overeenkomst;

  • b.

    een keuringscertificaat, afgegeven overeenkomstig de Bijlage I aanhangsel 1 en 2 van de Overeenkomst, door een bevoegde keuringsinstelling in een van de door Onze vorengenoemde Minister aangewezen landen, niet zijnde partij bij de Overeenkomst.

Artikel

11

De bestuurder van een vrachtauto waarmede door een in Nederland gevestigde ondernemer grensoverschrijdend vervoer van aan bederf onderhevige levensmiddelen wordt verricht is verplicht in het buitenland op eerste vordering van de in het betrokken land bevoegde ambtenaren de vrachtauto te doen stilhouden en het keuringscertificaat voor het desbetreffende vervoermiddel of een fotocopie daarvan behoorlijk ter inzage af te geven.

Artikel

12

Bij algemene maatregel van bestuur kunnen voorschriften worden gegeven ter uitvoering van deze wet dan wel de Overeenkomst of regelingen als bedoeld in artikel 7 van de Overeenkomst.

Daarbij kan worden afgeweken van de artikelen 3, 4, 7, 8, 9, eerste lid, en 10.

Artikel

13

Artikel

14

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

15

Deze wet kan worden aangehaald onder de titel "Wet grensoverschrijdend vervoer van aan bederf onderhevige levensmiddelen".

Zij treedt in werking op een door Ons te bepalen tijdstip met uitzondering van artikel 1 dat in werking treedt op de dag na de uitgifte van het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst.

Lasten en bevelen, dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeriële departementen, autoriteiten, colleges en ambtenaren, wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven ten Paleize Soestdijk
Juliana
De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat, N. Smit-Kroes
De Minister van Buitenlandse Zaken, C. A. van der Klaauw
De Minister van Volksgezondheid en Milieuhygiëne, L. Ginjaar
De Minister van Landbouw en Visserij, Van der Stee
De Minister van Justitie, J. de Ruiter