De Raad van State gehoord (advies van 1 augustus 1979, nr. 13);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Landbouw en Visserij van 14 augustus 1979, nr. J.3108, Directie Juridische en Bedrijfsorganisatorische Zaken;
Hebben goedgevonden en verstaan:
Artikel
1
Indien Onze Minister functionarissen van het Ministerie van Financiën of van een onder dat ministerie ressorterende dienst of instelling aanwijst als ambtenaren, bedoeld in artikel 48a, eerste lid, van de Landbouwwet, geschiedt zodanige aanwijzing niet dan in overeenstemming met Onze Minister van Financiën.
Artikel
2
Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst.
Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat daarvan afschrift zal worden gezonden aan de Raad van State.