Besluit van 23 december 1980, houdende vaststelling van een leeftijdsgrens voor de vervulling van bepaalde functies als bedoeld in art. 97, eerste lid, van het Algemeen Rijksambtenarenreglement

Vaststelling leeftijdsgrens voor de vervulling van bepaalde functies ex art. 97, eerste lid, Algemeen Rijksambtenarenreglement

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken van 17 december 1980, nr. 21254 S.G./Kab., Directoraat-Generaal voor Overheidspersoneelsbeleid, Directie Overheidspersoneelszaken, afdeling Algemene en Juridische Zaken;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel

1

Voor de ambtenaren, die bij de Inlichtingendienst Buitenland van het Ministerie van Algemene Zaken werkzaam zijn in de operationele sector, geldt een leeftijdsgrens van 60 jaar.

Artikel

2

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 1981. Indien het Staatsblad, waarin dit besluit wordt geplaatst wordt uitgegeven na 30 december 1980, treedt het in werking met ingang van de tweede dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad, waarin het wordt geplaatst en werkt het terug tot 1 januari 1981.

Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit, dat in het Staatsblad zal worden geplaatst en waarvan afschrift zal worden gezonden aan Onze Minister van Algemene Zaken en aan de Algemene Rekenkamer.

Lage Vuursche
Beatrix
De Minister van Binnenlandse Zaken, H. Wiegel
De Minister van Justitie a.i., H. Wiegel