Besluit van 21 mei 1981, houdende vaststelling van enige regels ter beperking van de geluidhinder door luchtvaartuigen

Besluit beperking geluidhinder luchtvaartuigen

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van de Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat van 20 januari 1981, nr. LV/L 20166, Rijksluchtvaartdienst; gedaan in overeenstemming met de Staatssecretaris van Defensie, dr. W. F. van Eekelen, en de Minister van Volksgezondheid en Milieuhygiëne;
Overwegende, dat het wenselijk is de operationele en enige nauw daarbij betrokken technische voorschriften ter beperking van de geluidhinder door luchtvaartuigen tezamen in een regeling vast te stellen;
De Raad van State gehoord (advies van 3 maart 1981, nr. 810225/19;
Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat van 27 maart 1981, nr. LV/L 21457 uitgebracht in overeenstemming met de Staatssecretaris van Defensie, dr. W. F. van Eekelen en de Minister van Volksgezondheid en Milieuhygiëne;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel

1

Toepassing

De uitoefening van de bevoegdheden van dit besluit geschiedt door Onze Minister in overeenstemming met Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer.

Artikel

2

Uitvoeren van vluchten

Met betrekking tot het uitvoeren van vluchten worden door Onze Minister voorschriften gegeven ter beperking van de geluidhinder door luchtvaartuigen.

Artikel

3

Supersoon vliegen

Artikel

4

Beperking gebruik luchtvaartterreinen

Het opstijgen of landen van bepaalde soorten luchtvaartuigen op een of meer Nederlandse luchtvaartterreinen kan door Onze Minister worden beperkt of verboden, indien daarbij meer dan een door hem vastgestelde hoeveelheid geluid wordt geproduceerd.

Artikel

5

Beperking geluidhinder door proefdraaien

Met betrekking tot de beperking van de geluidhinder ontstaan door proefdraaien van in luchtvaartuigen gemonteerde motoren op een luchtvaartterrein anders dan bij uitvoering van een vlucht worden voor zover daarvoor geen toepassing kan worden gegeven van het bepaalde bij of krachtens de Wet milieubeheer, door Onze Minister voorschriften gegeven.

Artikel

7

Slotbepaling

Dit besluit treedt in werking twee maanden na datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het is geplaatst.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat daarvan afschrift zal worden gezonden aan de Raad van State.

Lage Vuursche
Beatrix
De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat, N. Smit-Kroes
De Staatssecretaris van Defensie, W. F. van Eekelen
De Minister van Volksgezondheid en Milieuhygiëne, L. Ginjaar
De Minister van Justitie, J. de Ruiter