Beschikking bijdragen werkgelegenheid in de bosbouw 1984–1985

Beschikking bijdragen werkgelegenheid in de bosbouw 1984–1985

De Minister van Landbouw en Visserij,
Overwegende dat het gewenst is voor werkzaamheden ten behoeve van het beheer van bossen en andere houtopstanden werklozen in te schakelen ter uitvoering van werkgelegenheidsprojecten voor de jaren 1984–1985;
Mede gelet op artikel 11 van de Boswet (Stb. 1961, 256);

Besluit:

Artikel

1

Artikel

2

Artikel

3

Artikel

4

Artikel

5

Artikel

6

Artikel

7

Artikel

8

Artikel

9

Nadat de projectindiener de uitvoering van het goedgekeurde project heeft aanbesteed dient hij aan de directeur het volgende te overleggen

  • a.

    een nota van inlichtingen als bedoeld in het Uniform Aanbestedingsreglement (U.A.R.);

  • b.

    het proces-verbaal van aanbesteding als bedoeld in het Uniform Aanbestedingsreglement (U.A.R.);

  • c.

    een opgave van de te verwachten aanneemsom;

  • d.

    de vermoedelijke startdatum van de uitvoering van het project

Artikel

10

De directeur kent een bijdrage als bedoeld in artikel 2, eerste lid, aan de projectindiener toe indien voldaan is aan het bepaalde in artikel 9 en naar het oordeel van de directeur de aanneemsom de begroting van het project niet in onevenredige mate overschrijdt.

Artikel

11

De projectindiener aan wie een bijdrage als bedoeld in artikel 2, eerste lid, is toegekend, is verplicht.

  • a.

    onmiddellijk na de gunning aan de directeur een afschrift van de gunningsbrief te zenden.

  • b.

    de voorschriften, die aan de goedkeuring van het project zijn verbonden, na te leven.

  • c.

    tijdens de uitvoering van het project geen handelingen, die naar het oordeel van de directeur afbreuk doen aan de instandhouding van het bos, waarvoor de bijdrage is toegekend, te verrichten en niet toe te laten, dat die handelingen worden verricht;

  • d.

    aan het eind van elk kwartaal en bij de oplevering van het werk bij de directeur een rapportage in te dienen waaruit blijkt dat de werkzaamheden worden uitgevoerd als additioneel werkgelegenheidsproject met een inzet van werklozen als bepaald in artikel 7, vierde lid. Deze rapportage dient op door de directeur beschikbaar te stellen formulieren te worden ingevuld.

Artikel

12

Artikel

13

Artikel

14

De bijdrage als bedoeld in artikel 2, eerste lid, dan wel een daarop verstrekt voorschot, kan geheel of gedeeltelijk als onverschuldigd betaald worden teruggevorderd, indien

  • 1.

    blijkt dat het goedgekeurde project op onjuiste gegevens berust en het project niet zou zijn goedgekeurd als de juiste gegevens bekend zouden zijn goedgekeurd als de juiste gegevens bekend zouden zijn geweest.

  • 2.

    nadat het voorschot is verstrekt of de uitbetaling van de bijdrage als bedoeld in artikel 2, eerste lid, heeft plaatsgevonden, blijkt dat niet voldaan is aan het bepaalde in artikel 11, onder b en c.

Artikel

15

Artikel

16

's-Gravenhage
De Minister van Landbouw en Visserij, G. J. M.Braks