Besluit van 26 oktober 1984, ter uitvoering van de Wet voorkeursrecht gemeenten

Besluit voorkeursrecht gemeenten

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 7 december 1983, no. MJZ 07D3002, Centrale Directie Juridische Zaken;
De Raad van State gehoord, advies van 15 oktober 1984, no. W08.83.0657/13.4.42;
Gezien het nader rapport van voornoemde Staatssecretaris van 24 oktober 1984, no. MJZ 2404010, Centrale Directie Juridische Zaken;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Hoofdstuk

I

Begripsbepalingen

Artikel

1

In dit besluit wordt verstaan onder:

Hoofdstuk

II

Aanwijzing van gronden

Artikel

2

Artikel

3

Hoofdstuk

III

Mededeling van de aanwijzing

Artikel

4

Hoofdstuk

IV

Registratie

Artikel

5

Vervallen

Artikel

6

Vervallen

Hoofdstuk

V

Verzending

Artikel

7

Alle schriftelijke mededelingen of kennisgevingen aan of van de verkoper, in de wet voorzien, worden gedaan bij aangetekende brief of tegen bericht van ontvangst.

Artikel

8

Artikel

9

Artikel

10

De toezending van een exemplaar van het advies, bedoeld in artikel 16, vierde lid, van de wet aan ieder van beide partijen geschiedt onder dezelfde dagtekening als de nederlegging daarvan ter griffie van de rechtbank.

Hoofdstuk

VI

Slotbepaling

Artikel

11

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst, en dat daarvan afschrift zal worden gezonden aan de Raad van State.

's-Gravenhage
Beatrix
De Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, G. Ph. Brokx
De Minister van Justitie, F. Korthals Altes

Bijlage

Formulieren A tot en met E behoren bij Koninklijk besluit van 26 oktober 1984, Stb. 543

Vervallen.