Artikel
1
Begripsbepalingen
Vervallen
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Vervallen
Ingeval de verplichting tot terugbetaling van renteloze voorschotten, verstrekt door Onze Minister met betrekking tot de lasten, verbonden aan het bezoeken van een school voor voortgezet onderwijs dan wel een instelling van wetenschappelijk onderwijs nog niet is aangevangen bij de inwerkingtreding van deze wet vangt deze terugbetaling niet eerder aan dan op het tijdstip waarop op grond van deze wet de verplichting tot terugbetaling van de rentedragende lening begint.
Het bepaalde in de artikelen 40, eerste en derde lid, 41 tot en met 50,107, 121 tot en met 127, 130 en 132 is van overeenkomstige toepassing.
In geval van samenloop van terugbetalingen van renteloze voorschotten, verstrekt door Onze Minister met betrekking tot de lasten, verbonden aan het bezoeken van een school voor voortgezet onderwijs dan wel een instelling van wetenschappelijk onderwijs en terugbetaling van rentedragende lening wordt het door de debiteur op jaarbasis te betalen bedrag gevormd door de som van het op jaarbasis vastgestelde terug te betalen bedrag aan renteloze voorschotten en van het jaarbedrag aan termijnen, waarin de rente en aflossing van de rentedragende lening ingevolge artikel 41 vervallen.
Het bepaalde in de artikelen 40, eerste en derde lid, 41 tot en met 48, 50, 107, 121 tot en met 127, 130 en 132 is van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat indien de draagkracht van de debiteur lager is dan de te betalen termijn, de terugbetaling zal worden gerekend allereerst te zijn betaald in mindering van de oudste openstaande schuld.
In geval van samenloop van terugbetalingen als bedoeld in artikel 142, wordt, zolang het renteloos voorschot nog niet is afgelost, voor de betrokkene artikel 41, derde lid, zo toegepast dat het minimum bedrag van f 1200,- wordt verminderd met het in het desbetreffende jaar terug te betalen bedrag aan renteloos voorschot.
Op 1 januari volgend op het tijdstip waarop de in artikel 142 bedoelde voorschotten volledig moeten zijn terugbetaald, wordt de termijn, bedoeld in artikel 41, opnieuw vastgesteld.
Ingeval de verplichting tot terugbetaling van renteloze voorschotten verstrekt door Onze Minister met betrekking tot de lasten, verbonden aan het bezoeken van een school voor voortgezet onderwijs dan wel een instelling van wetenschappelijk onderwijs is aangevangen voor dan wel op de dag van de datum van inwerkingtreding van deze wet, is het bepaalde in artikel 40, eerste en derde lid, alsmede de artikelen 42 tot en met 48, 50, 107, 121 tot en met 127, 130 en 132 van overeenkomstige toepassing.
Voor de toepassing van het bepaalde in de artikelen 42 tot en met 50 wordt de aflosfase gesteld op 15 jaar en vangt de aflosfase aan op 1 januari volgend op de dag van de datum van inwerkingtreding van deze wet.
Vervallen
Op een studerende van 18 jaren en ouder die tot het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet op grond van een onderwijswet een rijksstudietoelage werd toegekend voor het volgen van wetenschappelijk onderwijs en hoger beroepsonderwijs dan wel op een studerende van 21 jaren en ouder die een soortgelijke rijksstudietoelage werd toegekend voor het volgen van overig voortgezet onderwijs, is met ingang van de datum van inwerkingtreding van deze wet hoofdstuk II met uitzondering van artikel 8 van overeenkomstige toepassing tot het moment waarop hij de voor inwerkingtreding van deze wet aangevangen studie heeft voltooid dan wel gestaakt.
Op een studerende aan wie tot het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet op grond van een onderwijswet een rijksstudietoelage werd toegekend onafhankelijk van het inkomen van de ouders of een van hen is met ingang van de datum van inwerkingtreding van deze wet hoofdstuk II uitgezonderd paragraaf 2 van titel 3 van overeenkomstige toepassing tot het moment waarop hij de voor de inwerkingtreding van deze wet aangevangen studie heeft voltooid dan wel gestaakt.
Vervallen
Indien over een tijdvak, waarover krachtens de Algemene Kinderbijslagwet ten behoeve van een studerende kinderbijslag is verleend, naderhand voor die studerende recht op studiefinanciering op grond van hoofdstuk II van deze wet wordt vastgesteld, is de Informatie Beheer Groep bevoegd die studiefinanciering over dat tijdvak en over latere tijdvakken, in plaats van aan degene aan wie de studiefinanciering zou dienen te worden betaald, zonder diens machtiging tot het bedrag van de betaalde kinderbijslag over dat tijdvak te betalen aan de Sociale verzekeringsbank.
Vervallen
De artikelen van deze wet treden in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden gesteld.
Op het moment waarop hoofdstuk III in werking treedt vervalt voor alle studerenden jonger dan 18 jaren de mogelijkheid om een tegemoetkoming in de studiekosten op grond van de artikelen 80 en 143bis, vierde lid, van de Wet op het wetenschappelijk onderwijs dan wel op grond van een regeling krachtens artikel 121 van de Wet op het voortgezet onderwijs aan te vragen.
Vervallen
Vervallen
Deze wet kan worden aangehaald als "Wet op de studiefinanciering".
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Hoofdstuk I |
Algemene bepalingen |
Artikel 1. |
Begripsbepalingen |
Artikel 2. |
Doel van de wet |
Artikel 3. |
Peildata |
Artikel 3a. |
Regeling omtrent verzoek |
Artikel 4. |
Woonplaats |
Artikel 5. |
Vaststelling onderwijssoort |
Artikel 6. |
Werkingssfeer |
Hoofdstuk II |
Studerenden tot 27 jaren die volledig hoger onderwijs volgen, alsmede studerenden van 18 tot 27 jaren die overig volledig onderwijs volgen |
Titel 1 |
Werkingssfeer |
Artikel 7. |
Nationaliteit |
Artikel 8. |
Leeftijd |
Artikel 9. |
Onderwijssoort |
Artikel 10. |
Einde van een studie |
Artikel 11. |
Minimale opleidingsduur |
Titel 2 |
Het standaardbudget en de vorm van de toelage |
Artikel 12. |
De samenstelling van het maandbudget |
Artikel 13. |
Toeslag partner |
Artikel 14. |
Toeslag één-oudergezin |
Artikel 15. |
De verdeling van het maandbudget |
Artikel 16. |
De basisbeurs |
Artikel 16a. |
De aanvullende beurs voor korting |
Artikel 17. |
De rentedragende lening |
Artikel 17a. |
Gevallen waarin de toelage na korting uitsluitend rentedragende lening is |
Artikel 17b. |
Tijdelijke regeling van de gevallen waarin de toelage na kortingwegens gebrek aan studievoortgang in het hoger onderwijs uitsluitend rentedragende lening is |
Artikel 17d. |
Langdurige afwezigheid in het deeltijds middelbaar beroepsonderwijs: gevolgen voor de studiefinanciering |
Artikel 17e |
Gevallen waarin de toelage, die als voorwaardelijk toegekende rentedragende lening was uitgekeerd, wegens voldoende studieprestaties in het hoger onderwijs wordt omgezet in beurs |
Artikel 17f |
Omzetting van de eerste 12 maanden voorwaardelijk toegekende rentedragende lening voor studerenden, bedoeld in artikel 17e, eerste lid |
Artikel 17fa |
Alsnog omzetting van de eerste 12 maanden voorwaardelijk toegekende rentedragende lening voor studerenden, bedoeld in artikel 17e, eerste lid. |
Artikel 17fb |
Alsnog omzetting van de eerste 12 maanden voorwaardelijk toegekende rentedragende lening voor studerenden, bedoeld in artikel 17e, eerste lid, die godgeleerdheid volgen met een deficiënt vakkenpakket |
Artikel 17g |
Omzetting van dertiende en volgende maanden voorwaardelijk toegekende rentedragende lening voor studerenden, bedoeld in artikel 17e, eerste lid |
Artikel 17h |
Omzetting vanaf de eerste maand van voorwaardelijk toegekende rentedragende lening voor studerenden, bedoeld in artikel 17e, tweede lid. |
Artikel 17i |
Omzetting van voorwaardelijk toegekende rentedragende lening in beurs bij behalen kandidaatsexamen |
Titel 3 |
Korting op de aanvullende beurs wegens inkomen van de ouders en vordering van de Informatie Beheer Groep wegens eigen inkomsten van de studerende |
§ 1 |
Korting op aanvullende beurs wegens inkomen van de ouders |
Artikel 18. |
Korting op de aanvullende beurs |
Artikel 19. |
Verdeling van de kortingsbedragen wegens inkomen van de ouders over hun studiefinancieringsgerechtigde kinderen die een aanvullende beurs hebben aangevraagd |
Artikel 20. |
vervallen |
Artikel 21. |
Kortingsbedrag wegens inkomen van een ouder |
Artikel 22. |
Terugval in inkomen |
Artikel 23. |
Nog niet vastgesteld of nog niet bekend inkomen |
Artikel 24 |
Andere aanpassing van de invloed van het ouderlijk inkomen. |
§ 2 |
Vordering van de Informatie Beheer Groep wegens eigen inkomsten van de studerende |
Artikel 25. |
vervallen |
Artikel 26. |
Vordering van de Informatie Beheer Groep wegens eigen inkomsten van de studerende |
Artikel 27. |
vervallen |
Artikel 28. |
vervallen |
Titel 4 |
Verzoek en toekenning |
Artikel 29. |
Verzoek om studiefinanciering |
Artikel 30. |
Toekenning van studiefinanciering |
Artikel 31. |
Gedeeltelijke toekenning |
Artikel 31a. |
Tijdelijke regeling van de voorwaardelijke toekenning van studiefinanciering en latere vaststelling van de onvoorwaardelijke vorm ervan |
Artikel 31b. |
Omzetting van integrale lening in gemengde toelage |
Artikel 31c |
Toekenning van het beursdeel van de studiefinanciering voor het hoger onderwijs als voorwaardelijke rentedragende lening en latere omzetting van die lening dan wel vaststelling van de onvoorwaardelijke vorm ervan |
Artikel 31d |
Vaststelling van de onvoorwaardelijke vorm van de toegekende rentedragende lening met betrekking tot de eerste 12 maanden in het hoger onderwijs voor studerenden, bedoeld in artikel 17e, eerste lid |
Artikel 31e |
Vaststelling van de omzetting van voorwaardelijk toegekende rentedragende lening, bedoeld in de artikelen 17g en 17h met betrekking tot studerenden aan instellingen waarop artikel 7.9b van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek van toepassing is en daaraan gelijk gestelde instellingen |
Artikel 31f |
Vaststelling van de omzetting van voorwaardelijk toegekende rentedragende lening, bedoeld in de artikelen 17g en 17h, met betrekking tot studerenden aan andere instellingen dan bedoeld in artikel 31e, tweede lid |
Artikel 31fa |
Vaststelling van de omzetting van voorwaardelijk toegekende rentedragende lening, bedoeld in artikel 17i |
Artikel 31g. |
Toekenning van f 0,00 i.p.v. lening |
Artikel 32. |
Toekenningsperiode |
Artikel 32a. |
De vorm waarin de reisvoorziening wordt toegekend |
Artikel 32b. |
Regels voor toekenning van de reisvoorziening als kaart |
Artikel 32c. |
De rechtspersoon die de als kaart toegekende reisvoorziening verstrekt |
Artikel 32d. |
Voor wie buiten Nederland een volledige opleiding doet, geen reisvoorziening als kaart maar voorziening in geld |
Artikel 32e. |
Periode van geldigheid van de kaart; omvang van de rechten, verbonden aan de kaart |
Artikel 32f. |
De plicht de kaart tijdig in te leveren |
Artikel 32g. |
Duplicaten van de kaart |
Artikel 32h. |
Vergoeding wanneer ten onrechte geen kaart of duplicaat is ontvangen; geen andere vergoeding |
Artikel 32i. |
Nadere regels voor reizen van en naar Wadden-eilanden |
Artikel 32j. |
Reisvoorziening geheel of gedeeltelijk in de vorm van geld |
Artikel 33. |
Minderjarigheid |
Titel 5 |
Opbouw en terugbetaling studieschuld |
Artikel 34. |
Verplichting terugbetaling studieschuld |
Artikel 34a. |
Overzicht opgebouwde studieschuld |
Artikel 35. |
Vaststelling rentepercentage |
Artikel 36. |
Renteberekening |
Artikel 37. |
De terugbetalingsperiode |
Artikel 38. |
De aanloopfase |
Artikel 39. |
De aflosfase |
Artikel 40. |
Achterstallige schuld |
Artikel 41. |
Vaststelling en betaling van de terugbetalingstermijnen |
Artikel 42. |
Vaststelling van de draagkracht van de debiteur |
Artikel 43. |
De draagkracht van de debiteur uit inkomen op jaarbasis |
Artikel 44. |
Terugval in inkomen |
Artikel 45. |
Andere aanpassing van de draagkracht van de debiteur |
Artikel 46. |
Draagkracht partner van debiteur |
Artikel 47. |
Op verzoek draagkracht partner niet meetellen |
Artikel 48. |
Partner van de debiteur ook debiteur |
Artikel 49. |
Wijziging van de maandelijkse termijn |
Artikel 50. |
Garantiebepalingen |
Titel 6 |
Aanpassing |
Artikel 51 |
Aanpassing van normbedragen levensonderhoud en boeken en leermiddelen en van de toeslagen voor partner en één-oudergezin |
Artikel 52. |
Aanpassing basisbeurzen |
Artikel 53. |
Aanpassing rentedragende lening |
Artikel 54 |
Aanpassing van de bedragen van de vrije voet. |
Artikel 54a. |
vervallen |
Titel 7 |
Herziening en bezwaar |
Artikel 55. |
Herziening door de Informatie Beheer Groep |
Artikel 55a. |
Herziening door de verstrekker van de kaart |
Artikel 56. |
Bezwaarschriftprocedure |
Artikel 57. |
vervallen. |
Artikel 58. |
Verrekening teveel toegekende en uitbetaalde studiefinanciering |
Titel 8 |
Omzetting van niet meer verrekenbare schulden in rentedragende lening |
Artikel 58a. |
Omzetting van niet meer verrekenbare schulden in rentedragende lening |
Hoofdstuk III |
vervallen |
Hoofdstuk IV |
vervallen |
Hoofdstuk V |
Uitbetaling en verrekening |
Artikel 106. |
Uitbetaling en verrekening |
Hoofdstuk VI |
Invordering |
Artikel 107. |
Invordering |
Hoofdstuk VII |
Beroep |
Artikel 108. |
College van beroep studiefinanciering |
Artikel 109. |
Samenstelling College van beroep studiefinanciering |
Artikel 109a. |
Gerechtsauditeurs |
Artikel 110. |
Benoeming |
Artikel 111. |
Vereisten voor benoembaarheid |
Artikel 111a. |
vervallen |
Artikel 112. |
Rechtspositie |
Artikel 112a. |
vervallen |
Artikel 112b. |
Vervanging en waarneming |
Artikel 113. |
vervallen |
Artikel 114. |
Eed of belofte |
Artikel 115. |
Ontslag, op non-actiefstelling en waarschuwing |
Artikel 116. |
Klacht over uitoefening van bediening |
Artikel 117. |
Samenstelling kamers |
Artikel 117a. |
Werkwijze |
Artikel 117b. |
Raadkamer |
Artikel 117c. |
Geheimhouding |
Artikel 117d. |
Inlichtingen en adviezen |
Artikel 117e. |
Vergoeding |
Artikel 118. |
Beroep tegen een besluit |
Artikel 119. |
Het geding |
Artikel 119a. |
Griffierecht |
Artikel 119b. |
Verschoningsrecht |
Artikel 120. |
Geen appel |
Hoofdstuk VIIA |
Toezicht |
Artikel 120a. |
Toezicht door de inspectie van het onderwijs |
Hoofdstuk VIII. |
Het verstrekken van inlichtingen aan de Minister of de Informatie Beheer Groep |
Artikel 121. |
Verstrekken van inlichtingen door personen |
Artikel 122. |
Inzage in schriftelijke stukken |
Artikel 122a. |
Verstrekken van inlichtingen door de rechtspersoon, bedoeld in artikel 32c, |
Artikel 122b. |
Verstrekken van inlichtingen door onderwijsinstellingen |
Artikel 123. |
Verstrekken van inlichtingen door organen met een publiekrechtelijke taak en door ziektekostenverzekeringsinstellingen als bedoeld in artikel 12,derde lid |
Hoofdstuk VIIIA |
Administratieve sancties |
Artikel 123a. |
Het niet verstrekken van inlichtingen over studievoortgang |
Artikel 123b. |
Het niet verstrekken van inlichtingen over langdurige afwezigheid van leerlingen in het voortgezet onderwijs |
Artikel 123c. |
Het niet verstrekken van inlichtingen over studielast opleiding |
Hoofdstuk IX |
Strafbepalingen |
Artikel 124. |
Het niet verstrekken van inlichtingen |
Artikel 125. |
vervallen |
Artikel 126. |
Overtreding van een bepaling krachtens deze wet |
Artikel 127. |
Overtreding |
Hoofdstuk X |
Bijzondere bepalingen |
Artikel 128. |
|
Artikel 129. |
Vervreemding, verpanding, belening en beslag |
Artikel 130. |
Bescherming persoonlijke levenssfeer |
Artikel 130a. |
Inlichtingen aan particuliere ziektekostenverzekeraars |
Artikel 131. |
Hardheidsclausule |
Artikel 132. |
Bewaartermijn |
Artikel 133. |
vervallen. |
Artikel 134. |
Verslag werking wet |
Hoofdstuk XI |
Wijzigingen in andere wetgeving |
Artikel 135. |
Wijziging in de W.V.O. |
Artikel 136. |
Wijzigingen in de W.W.O. |
Artikel 137. |
Wijziging in de Wet op de Open Universiteit |
Artikel 138. |
|
Artikel 139. |
|
Artikel 140. |
|
Hoofdstuk XII |
Overgangsbepalingen |
Artikel 141. |
Aanvang terugbetaling renteloze voorschotten |
Artikel 142. |
Samenloop van terugbetalingen |
Artikel 143. |
Gevolgen voor samenstelling minimum terugbetalingsbedrag |
Artikel 144. |
Nieuwe vaststelling termijn |
Artikel 145. |
Terugbetaling renteloze voorschotten |
Artikel 146. |
|
Artikel 147. |
Overgangsbepaling rijksstudietoelage |
Artikel 148. |
Overgangsbepaling studerende die ouderonafhankelijk is |
Artikel 149. |
|
Artikel 150. |
Verrekening kinderbijslag |
Artikel 150a. |
vervallen |
Hoofdstuk XIII |
Slotbepalingen |
Artikel 151. |
Inwerkingtreding |
Artikel 151a. |
vervallen |
Artikel 151b. |
vervallen |
Artikel 152. |
Citeertitel |