Artikel
1
Op de volgende rechtspersonen of organen van rechtspersonen rusten mede de in artikel 162, eerste en tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering ten aanzien van openbare colleges en ambtenaren omschreven verplichtingen:
-
1°.
het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds en het Spoorwegpensioenfonds;
-
2°.
de Sociaal-Economische Raad en de hoofdproduct-, product- de hoofdbedrijf- en de bedrijfschappen, bedoeld in de Wet op de bedrijfsorganisatie (Stb. 1950, K22);
-
3°.
het College van toezicht sociale verzekeringen, de Sociale Verzekeringsbank, het Landelijk instituut sociale verzekeringen en de uitvoeringsinstellingen, bedoeld in de Organisatiewet sociale verzekeringen 1997;.
-
4°.
het College voor zorgverzekeringen en de ziekenfondsen, bedoeld in de Ziekenfondswet (Stb. 1986, 347);
-
5°.
het College tarieven gezondheidszorg;
-
6°.
instellingen, in het belang van de volkshuisvesting werkzaam, als toegelaten op grond van artikel 59 van de Woningwet (Stb. 1962, 287);
-
7°.
de privaatrechtelijke rechtspersonen, bedoeld in artikel 8 van de Landbouwkwaliteitswet (Stb. 1971, 371);
-
8°.
de keuringsinstellingen, bedoeld in artikel 87 van de Zaaizaad- en plantgoedwet (Stb. 1966, 455);
-
9°.
de Stichting Gezondheidszorg voor Dieren en de als organen van deze stichting aangewezen gezondheidsdiensten (Bekendmaking van het landbouwschap Mb.BO. 1972, nr. 8).