Besluit van 7 juli 1987, houdende regels inzake de vergoeding voor en de buitengebruikstelling van oude eigendoms- en huurscholen

Besluit oude eigendoms- en huurscholen WPO

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van de Staatssecretaris van Onderwijs en Wetenschappen van 9 maart 1987, nr. 8551/2353, centrale directie Wetgeving en Juridische Zaken;
Gelet op artikel E 35, vierde lid, van de Overgangswet WBO (Stb. 1986, 257);
Gehoord de Onderwijsraad (advies van 24 december 1985, nr. O.R. 1/97 P);
De Raad van State gehoord (advies van 23 april 1987, nr. W05.87.0096);
Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Onderwijs en Wetenschappen van 3 juli 1987, nr. 9003/2353, centrale directie Wetgeving en Juridische Zaken;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Afdeling

I

Algemene bepalingen

Artikel

1

Definities

In dit besluit wordt verstaan onder:

Onze Minister: Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen;

wet: Wet op het primair onderwijs;

school: basisschool;

bevoegd gezag: de rechtspersoon die een bijzondere school in stand houdt.

Artikel

2

Geschillenregeling

Voor zover niet anders bepaald, worden geschillen tussen de gemeente en het bevoegd gezag over de toepassing van het bepaalde in de afdelingen II en III onderworpen aan de beslissing van gedeputeerde staten.

Artikel

3

Commissie van schatters

Schattingen welke ingevolge dit besluit dienen plaats te vinden, geschieden door een commissie van drie deskundigen van wie er één wordt benoemd door de Onderwijsraad, één door burgemeester en wethouders en één door het bevoegd gezag. De commissie van schatters beslist bij meerderheid van stemmen. Indien geen meerderheid wordt verkregen, wordt de waarde bepaald op het gemiddelde van de drie schattingsopgaven. Afschrift van de beslissing wordt gezonden aan het gemeentebestuur en aan het bevoegd gezag. De kosten van de schattingen komen ten laste van de gemeente.

Artikel

4

Niet meer verschuldigde vergoeding

De vergoedingen, bedoeld in afdeling II, zijn niet langer verschuldigd wanneer de gemeente de eigendom van het gebouw en terrein verkrijgt of wanneer het gebouw en terrein niet meer door een basisschool worden gebruikt.

Afdeling

II

Eigendomsscholen

§

1

Eigendomsscholen als bedoeld in artikel 205 van de Lager-onderwijswet 1920 (Stb. 1974, 565)

Artikel

5

Vergoeding

Artikel

6

Hoogte vergoeding

Artikel

7

Gebouwen niet uitsluitend bestemd voor basisonderwijs

Artikel

8

Vermindering van de vergoeding

Artikel

9

Vermindering vergoeding bij langdurig niet gebruiken

Artikel

10

Buitengebruikstelling gebouw of terrein van een bijzondere school

Vervallen

Artikel

11

Vervreemding en buitengebruikstelling

§

2

Eigendomsscholen als bedoeld in artikel 126 van de Kleuteronderwijswet (Stb. 1974, 564)

Artikel

12

Vergoeding

Voor de gebouwen of lokalen en inventaris, bedoeld in artikel 126 van de Kleuteronderwijswet, die eigendom zijn van een bevoegd gezag en die niet met overheidsgelden door het bevoegd gezag tot stand zijn gebracht, betaalt de gemeente jaarlijks aan het bevoegd gezag een vergoeding die strekt ter bestrijding van de kosten voor:

  • a.

    de uitgaven voor het stichten en inrichten van de gebouwen;

  • b.

    het huren van de gebouwen, erfpacht of een ander zakelijk beschikkingsrecht;

  • c.

    het uitbreiden, verbouwen, herstellen, voor zover niet gewoon onderhoud betreffende, en veranderen van inrichting van de gebouwen;

  • d.

    het aanschaffen van het meubilair en de onderwijsleerpakketten, voor zover dat aanschaffen niet strekt ter vervanging van het meubilair en de onderwijsleerpakketten, die ten gevolge van langdurig gebruik niet meer kunnen worden gebruikt, of tot aanvulling van de voorraad onderwijsleerpakketten in verband met de vermindering door gebruik;

  • e.

    het verzekeren van de gebouwen.

Artikel

13

Vermindering vergoeding

Artikel

14

Buitengebruikstelling gebouw of terrein van een bijzondere school

Vervallen

Artikel

15

Vervreemding en buitengebruikstelling

Afdeling

III

Andere scholen

§

1

Scholen als bedoeld in de artikelen 84 en 205bis van de Lager-onderwijswet 1920

Artikel

16

Vergoeding

Artikel

17

Herschatting

Bij vermeerdering of vermindering van de lokalen en terreinen, bij uitbreiding, verbouwing, herstel, voor zover niet gewoon onderhoud betreffende, verandering van inrichting en bij aanschaffing van meubilair en onderwijsleerpakketten vindt wederom schatting plaats.

§

2

Scholen als bedoeld in de artikelen 62 en 127 van de Kleuteronderwijswet

Artikel

18

Vergoeding

Voor de gebouwen waarvoor voor 1 augustus 1985 vergoeding werd genoten op grond van artikel 62 van de Kleuteronderwijswet, betaalt de gemeente jaarlijks aan het bevoegd gezag een vergoeding, berekend over de geschatte waarde van de lokalen, terreinen en het meubilair. De berekening, bedoeld in de eerste volzin, geschiedt naar de maatstaf van het tarief, dat door Onze Minister van Financiën wordt gehanteerd per ultimo van een kalenderjaar voor het afsluiten van 40-jarige onderhandse leningen onder garantie van de Staat der Nederlanden.

Artikel

19

Vergoeding van huur

Afdeling

IV

Artikel

20

Omschrijving lokalen

Vervallen

Artikel

21

Vergoeding

Vervallen

Artikel

22

Vergoeding

Vervallen

Artikel

23

Omvang vergoeding

Vervallen

Afdeling

V

Slotbepalingen

Artikel

24

Overgangsbepaling

Met besluiten als bedoeld in artikel 6, tweede lid, worden de koninklijke besluiten ingevolge artikel 205, tweede lid, van de Lager-onderwijswet 1920 (Stb. 1974, 565) en de ministeriële besluiten ingevolge artikel 3 van de Regeling vergoeding en buitengebruikstelling oude eigendomsscholen en huurscholen (Stcrt. 1985, 175) gelijkgesteld.

Artikel

25

Inwerkingtreding

Met inachtneming van het bepaalde in artikel E 35, vijfde lid, van de Overgangswet WBO treedt dit besluit in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen datum. Het koninklijk besluit kan er in voorzien dat het besluit terugwerkende kracht heeft tot en met 1 januari 1986.

Artikel

26

Citeertitel

Dit besluit kan worden aangehaald als "Besluit oude eigendoms- en huurscholen WPO".

Lasten en bevelen dat dit besluit en de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat daarvan afschrift zal worden gezonden aan de Raad van State en de Algemene Rekenkamer.

’s-Gravenhage
Beatrix
De Staatssecretaris van Onderwijs en Wetenschappen, N. J. Ginjaar-Maas
De Minister van Justitie a.i., C. P. van Dijk