Instelling Nationale Telecommunicatieraad

De minister van Verkeer en Waterstaat,
Overwegende dat met ingang van 1 januari 1989 het Staatsbedrijf der Posterijen, Telegrafie en Telefonie (PTT) is verzelfstandigd;
dat taken van het Staatsbedrijf der PTT op departementaal terrein zijn ondergebracht bij de bij besluit van 7 juni 1988, nr. BSG 88/30211, ingestelde Hoofddirectie Telecommunicatie en Post (HDTP) van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat, en dat deze Hoofddirectie is belast met de ambtelijke voorbereiding en uitvoering van de aan de voornoemde minister opgedragen taken op het gebied van telecommunicatie en post;
dat m.i.v. 1 januari 1989 de Wet op de telecommunicatievoorzieningen (Stb. 1988–520), hierna te noemen WTV, en de Postwet (Stb. 1988–522), hierna te noemen PW, in werking zijn getreden en daarin bevoegdheden voor nadere regelgeving zijn opgenomen inzake de voorbereiding op en het handelen in buitengewone omstandigheden, waaronder grootschalige rampen en vergelijkbare calamiteiten in vredestijd;
dat voorafgaand aan de uitoefening van die bevoegdheden in hoofdstuk XI resp. XII van de WTV en paragraaf 5 resp. 6 van de PW overeenstemming danwel overleg met resp. de in die hoofdstukken en paragrafen genoemde ministers en de houder van de concessie is voorgeschreven;
dat de in het kader van de voorbereidingen getroffen voorzieningen mede tot doel hebben alle ministeries in staat te stellen om hun taak onder buitengewone omstandigheden voort te zetten en het derhalve wenselijk is het overleg met alle ministeries vorm te geven;
dat overigens in het algemeen behoefte bestaat aan interdepartementaal overleg en overleg met de concessiehouder over van belang zijnde aspecten in het telecommunicatie- en postbeleid in rampsituaties;
dat, met het oog op zowel het regeringsbeleid inzake de interne en externe advies- en overlegstructuur binnen de rijksoverheid als de eerdergenoemde gewijzigde verhoudingen tussen de overheid en het PTT-bedrijf, een aanpassing van de bestaande taak en structuur van de Nationale Telecommunicatieraad noodzakelijk is;
dat het gewenst is het genoemde overleg binnen een aan te passen en te vereenvoudigen structuur van de Nationale Telecommunicatieraad vorm te geven;
dat het op grond van bovenstaande overwegingen gewenst is taak, bevoegdheden, werkwijze en samenstelling van de Nationale Telecommunicatieraad opnieuw te regelen;
handelend in overeenstemming met de Ministers van Defensie en van Buitenlandse zaken,

Besluit:

Artikel

1

Artikel

2

Artikel

3

Artikel

4

De gezamenlijke beschikking van de Minister van Defensie en van de Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat, nr. D 81/457/21146 en nr. 23754, dd. 19 mei 1982 (Stcrt. 1982, 128), zoals gewijzigd bij gezamenlijke beschikking van de Ministers van Defensie en van Verkeer en Waterstaat, nr. HDTP/TP 10049, dd. 19 juni 1988 en 20 juni 1988 (Stcrt. 1988, 122), wordt ingetrokken.

Artikel

5

Deze beschikking treedt in werking met ingang van 1 februari 1991 en wordt geplaatst in de Staatscourant.

's-Gravenhage
De minister van Verkeer en Waterstaat, J. R. H.Maij-Weggen