Toekenning door Frankrijk van het ‘avoir fiscal’ aan in Nederland gevestigde beleggingsmaatschappijen en beleggingsfondsen alsmede pensioen- en spaarfondsen

Bijzondere Franse uitvoeringsvoorschriften belastingovereenkomst Nederland-Frankrijk

De Staatssecretaris van Financiën,

Besluit:

Door plaatsing in de Staatscourant het navolgende ter kennis van belanghebbende inwoners van Nederland te brengen:

Artikel

1

Aanwijzing van de lichamen waaraan het recht op het ontvangen van het ‘avoir fiscal’ kan worden toegekend

  • a.

    Beleggingsmaatschappijen en beleggingsfondsen

    Artikel 10, derde lid, van de op 16 maart 1973 tussen Nederland en Frankrijk gesloten Overeenkomst tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen en naar het vermogen (Trb. 1973, 83), bevat een regeling inzake de toekenning door Frankrijk van een zogenaamd 'avoir fiscal' aan inwoners van Nederland die dividenden uit Franse bron genieten. Het 'avoir fiscal' komt in beginsel slechts toe aan natuurlijke personen en aan lichamen die ter zake van de genoten dividenden aan Nederlandse belasting zijn onderworpen.

    Aan deze voorwaarde voldoen niet de Nederlandse beleggingsmaatschappijen en fondsen voor gemene rekening die beleggingsinstelling zijn in de zin van artikel 28, tweede lid, van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 (Stb. 469) en ten aanzien waarvan, ingevolge artikel 9 van het Besluit beleggingsinstellingen (Stb. 1970, nr. 190), de belasting nul percent van het belastbare bedrag bedraagt. Artikel 10, derde lid, onderdeel b, punt (iii), van de Overeenkomst bepaalt echter dat het 'avoir fiscal' wel toekomt aan beleggingsmaatschappijen en beleggingsfondsen die voldoen aan de door de bevoegde autoriteiten van Frankrijk en Nederland in onderlinge overeenstemming vastgestelde voorwaarden.

    Tussen de bevoegde autoriteiten van Frankrijk en Nederland is overeenstemming bereikt omtrent de bovenbedoelde voorwaarden. Deze worden in artikel 2 vermeld. Beleggingsmaatschappijen en beleggingsfondsen die aan deze voorwaarden voldoen, kunnen aanspraak maken op toekenning van het 'avoir fiscal'.

  • b.

    Pensioen- en spaarfondsen

    Hoewel daaromtrent in de Overeenkomst niets is bepaald, is van Franse zijde evenwel de mogelijkheid geopend dat ook in Nederland gevestigde pensioenfondsen en spaarfondsen het 'avoir fiscal' kunnen ontvangen. Deze maatregel steunt op een besluit van de Franse minister van Economische Zaken en Financiën van 24 november 1971.

    Ook ten aanzien van pensioen- en spaarfondsen worden de voorwaarden voor het ontvangen van het 'avoir fiscal' in artikel 2 vermeld.

    Van Franse zijde is de mogelijkheid tot het ontvangen van het 'avoir fiscal' niet uitgebreid tot andere lichamen die niet aan de vennootschapsbelasting zijn onderworpen, zoals stichtingen en verenigingen op het gebied van liefdadigheid, cultuur, wetenschap of dergelijke.

Artikel

2

Voorwaarden voor de aanspraak op het ‘avoir fiscal’

Voor de aanspraak op het 'avoir fiscal' zijn van Franse zijde de volgende voorwaarden gesteld:

  • a.

    Beleggingsmaatschappijen en beleggingsfondsen

    • 1.

      De aandelen van de vennootschap of de bewijzen van deelgerechtigdheid van het fonds moeten voor iedere geïnteresseerde vrij verkrijgbaar zijn.

    • 2.

      De effectenportefeuille moet gekenmerkt zijn door internationale spreiding. Aan deze voorwaarde wordt geacht te zijn voldaan indien het bezit aan Franse effecten niet een buitensporig hoog percentage van de effectenportefeuille uitmaakt en ook overigens de spreiding niet wijst op een constructie die is opgezet om het voordeel van het 'avoir fiscal' te genieten.

  • b.

    Pensioen- en spaarfondsen

    Het doel van het fonds mag niet zijn het behalen van winst.

Artikel

3

Omvang van de tegemoetkoming

Het 'avoir fiscal' is gelijk aan datgene waarop ook andere inwoners van Nederland (natuurlijke personen en ter zake van de Franse dividenden aan de vennootschapsbelasting onderworpen lichamen) aanspraak kunnen maken. Met betrekking tot beleggingsmaatschappijen en beleggingsfondsen alsmede pensioen- en spaarfondsen is van Franse zijde evenwel de beperking aangebracht, dat het 'avoir fiscal' slechts wordt verleend voor ter beurze genoteerde Franse aandelen. Deze beperking beïnvloedt echter niet de aanspraak van de bedoelde instellingen op vermindering van de Franse bronbelasting op dividenden van niet ter beurze genoteerde Franse aandelen, noch de aanspraak op teruggaaf van de eventueel op die dividenden betrekking hebbende 'précompte' ( artikel 10, tweede en vierde lid, van de Overeenkomst).

Artikel

4

Te vervullen formaliteiten

Artikel

5

Termijn van indiening van verzoeken om uitkering van het 'avoir fiscal'

Een formulier RF6 Pays-Bas moet in het algemeen zo spoedig mogelijk na het innen van de desbetreffende dividenden worden toegezonden aan de Franse instelling die de dividenden heeft uitbetaald. Het formulier dient in ieder geval de bevoegde Franse belastingautoriteit - door tussenkomst van de uitbetalende Franse instelling - te bereiken vóór het einde van het kalenderjaar volgende op dat waarin de dividenden betaald of betaalbaar werden gesteld.

Artikel

6

Verkrijgbaarheid van de formulieren

Exemplaren van het formulier RF6 Pays-Bas zijn voor belanghebbende in Nederland kosteloos verkrijgbaar bij de Belastingdienst/Centrum voor facilitaire dienstverlening, Afdeling Logistiek reprografisch centrum, Postbus 1314, 7301 BN Apeldoorn.

Artikel

7

Intrekking

De beschikkingen van de Staatssecretaris van Financiën van 28 november 1975, nr. 07-500791 (Stcrt. van 1 december 1975, nr. 232), en van 26 januari 1976, nr. 07-600129 (Stcrt. van 29 januari 1976, nr. 20), worden ingetrokken.

Artikel

8

Inwerkingtreding

Zij treedt in werking met ingang van 1 januari 1991.

De Staatssecretaris van Financiën , M. J. J. vanAmelsvoort