Artikel
1
1
In afwijking van artikel 2, eerste lid, van de Diergeneesmiddelenwet (Stb. 1985, 410), en onverminderd het bepaalde in het tweede lid, onderdeel b, van dat artikel, is het toegestaan een diergeneesmiddel, waarvoor vóór 1 mei 1987 een registratie is aangevraagd doch deze door de aanvrager schriftelijk werd ingetrokken of waarvan de beslissing tot het niet-ontvankelijk verklaren van de aanvraag dan wel tot afwijzing van de aanvraag onherroepelijk is geworden, te bereiden, voorhanden of in voorraad te hebben, af te leveren of bij dieren toe te passen, mits ten aanzien van vorenstaande gevallen niet uitdrukkellijk anders wordt beslist, gedurende de in het tweede lid gestelde periode.
2
De in het eerste lid bedoelde periode bedraagt:
-
a.
zes maanden voor het bereiden, voorhanden of in voorraad hebben ten behoeve van het afleveren in het geval een aanvraag is ingetrokken dan wel de termijn waarbinnen beroep kon worden ingesteld is verstreken of de beslissing bedoeld in het eerste lid onherroepelijk is geworden:
-
b.
twaalf maanden voor het voorhanden of in voorraad hebben met het oog op het afleveren of het afleveren ingeval de aanvraag is ingetrokken dan wel de termijn waarop beroep kon worden ingesteld is verstreken of de beslissing bedoeld in het eerste lid onherroepelijk is geworden:
-
c.
twaalf maanden voor het voorhanden of in voorraad hebben met het oog op het toepassen of het toepassen bij dieren ingeval de aanvraag is ingetrokken dan wel de termijn waarbinnen beroep kan worden ingesteld is verstreken of de beslissing bedoeld in het eerste lid onherroepelijk is geworden.
3
De in het tweede lid bedoelde periode is van overeenkomstige toepassing op het voorhanden of in voorraad hebben, afleveren en toepassen van een diergeneesmiddel, waarvoor een afgeleide registratie of een registratie als parallel-geîmporteerd diergeneesmiddel van het in het eerste lid bedoelde diergeneesmiddel, is aangevraagd.