Artikel
1
In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
-
a.
Onze Minister: Onze Minister van Verkeer en Waterstaat;
-
b.
binnenschip: elk vaartuig dat wordt gebruikt tot de vaart op de binnenwateren of dat daartoe bestemd is;
-
c.
binnenwateren: de wateren, die in Nederland zijn gelegen binnen een langs de Nederlandse kust gaande, bij algemene maatregel van bestuur aan te wijzen lijn;
-
d.
binnenlands vervoer: vervoer met binnenschepen tussen twee binnen Nederland gelegen punten, ongeacht of daarbij de landsgrenzen worden overschreden;
-
e.
eigen vervoer: vervoer met binnenschepen van goederen, uitsluitend bestemd voor of afkomstig van eigen onderneming of bedrijf;
-
f.
beroepsvervoer: vervoer met binnenschepen tegen vergoeding, niet zijnde eigen vervoer;
-
g.
Herziene Rijnvaartakte: de op 17 oktober 1868 te Mannheim tot stand gekomen Herziene Rijnvaartakte (Trb. 1955, 161);
-
h.
Rijnvaartverklaring: de verklaring, bedoeld in artikel 2, derde lid, van de Herziene Rijnvaartakte.