Artikel
1
1
In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
-
a.
ioniserende stralen: hetgeen daaronder in de Kernenergiewet (Stb. 1963, 82) wordt verstaan;
-
b.
installatie: een onderneming waaraan krachtens de Kernenergiewet een vergunning is verleend voor het voorhanden hebben en toepassen van radioactieve stoffen, of voor het gebruiken van een ioniserende stralen uitzendend toestel, waarmee een behandeling van waren met ioniserende stralen kan worden uitgevoerd;
-
c.
doorstraalde waren: waren die met ioniserende stralen zijn behandeld;
-
d.
grondstoffen: grondstoffen bestemd voor de bereiding van eet- en drinkwaren.
2
Dit besluit is niet van toepassing op eet- en drinkwaren en grondstoffen die zijn blootgesteld aan ioniserende straling die is opgewekt door meet- of controle-instrumenten, mits de geabsorbeerde dosis niet hoger is dan 0,01 Gy voor controle-instrumenten die gebruik maken van neutronen, en 0,5 Gy in andere gevallen, bij een energieniveau van ten hoogste 10 MeV in het geval van röntgenstraling, 14 MeV in het geval van neutronen en 5 MeV in andere gevallen.