Besluit van 23 september 1992, houdende regels inzake de verstrekking van uitkeringen in het kader van het beleid met betrekking tot de bedrijfsomgeving in stedelijke knooppunten

Besluit uitkeringen bedrijfsomgeving stedelijke knooppunten

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 11 maart 1992, nr. WJA/JZ 92019804;
De Raad van State gehoord (advies van 19 mei 1992, nr. W10.92.0122);
Gezien het nader rapport van de voornoemde Staatssecretaris van 15 september 1992, nr. WJA/JZ 92053975;

Hebben goedgevonden en verstaan:

§

1

Algemene bepalingen

Artikel

1

In dit besluit wordt verstaan onder Onze Minister: Onze Minister van Economische Zaken.

Artikel

2

Op een overeenkomstig dit besluit ingediende aanvraag wordt in de jaren 1992, 1993, 1994 en 1995 een uitkering verstrekt aan de gemeenten:

  • a.

    Amsterdam,

  • b.

    Rotterdam,

  • c.

    Den Haag,

  • d.

    Utrecht,

  • e.

    Groningen,

  • f.

    Arnhem of Nijmegen,

  • g.

    Eindhoven,

  • h.

    Enschede of Hengelo

  • i.

    Maastricht of Heerlen,

  • j.

    Leeuwarden,

  • k.

    Zwolle,

  • l.

    Breda en

  • m.

    Tilburg,

als bijdrage in de kosten van activiteiten als bedoeld in artikel 11, eerste lid.

Artikel

3

De uitkering is een door Onze Minister vast te stellen bedrag.

Artikel

4

Onze Minister stelt jaarlijks het bedrag vast dat in dat kalenderjaar beschikbaar is voor toezeggingen op grond van dit besluit.

§

2

Aanvraag en beslissing op de aanvraag

Artikel

5

Artikel

6

Vervallen

Artikel

7

Onze Minister geeft op de aanvraag aan beschikking binnen dertien weken na de dag van ontvangst van de aanvraag. Deze termijn kan bij schriftelijke mededeling eenmaal worden verlengd met een redelijke, door Onze Minister in de mededeling te noemen termijn.

Artikel

8

Onze Minister kan in ieder geval afwijzend beslissen op een aanvraag, indien gegronde vrees bestaat dat de aanvrager zal handelen in strijd met de ingevolge dit besluit geldende verplichtingen.

§

3

Toezegging en verplichtingen

Artikel

9

Een beschikking op een aanvraag, inhoudende een toezegging van een uitkering, bevat een vermelding van:

  • a.

    het meerjarenplan en het kalenderjaar waarop de toezegging betrekking heeft;

  • b.

    het maximale bedrag van de uitkering;

  • c.

    het tijdstip en de wijze waarop het verzoek om vaststelling van het definitieve bedrag van de uitkering moet worden ingediend.

Artikel

10

Artikel

11

§

4

Voorschotten

Artikel

12

§

5

Vaststelling van het definitieve bedrag van de uitkering

Artikel

13

Artikel

14

Onze Minister geeft een beschikking tot vaststelling van het definitieve bedrag van de uitkering binnen dertien weken na ontvangst van het verzoek en zendt die aan de betrokkene toe. Deze termijn kan bij schriftelijke mededeling eenmaal worden verlengd met een redelijke, door Onze Minister in de mededeling te noemen termijn.

Artikel

15

Artikel

16

Onze Minister kan een beschikking, inhoudende de vaststelling van het definitieve bedrag van de uitkering, intrekken indien de beschikking ten gevolge van aan de aanvrager te wijten onjuistheid of onvolledigheid van verstrekte gegevens anders luidde dan het geval zou zijn geweest, indien de gegevens juist en volledig zouden zijn verstrekt.

§

6

Terugbetaling

Artikel

17

Indien toepassing is gegeven aan deartikelen 15 of 16, zijn ter beschikking gestelde financiële middelen terstond opeisbaar voor zover zij het bedrag waarop de betrokkene alsdan recht heeft te boven gaan.

§

7

Slotbepalingen

Artikel

18

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst.

Artikel

19

Dit besluit kan worden aangehaald als: Besluit uitkeringen bedrijfsomgeving stedelijke knooppunten.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat daarvan afschrift zal worden gezonden aan de Raad van State en aan de Algemene Rekenkamer.

's-Gravenhage
Beatrix
De Staatssecretaris van Economische Zaken, Y. C. M. T. van Rooy
De Minister van Justitie a.i., C. I. Dales