Artikel
1
In dit besluit wordt verstaan onder:
-
1.
het bevoegd gezag:
-
a.
het gezag dat bevoegd is een straf op te leggen en een ontslag te verlenen als bedoeld in artikel 82a respectievelijk 97b van het Algemeen Rijksambtenarenreglement, artikel 117a respectievelijk 128 van het Ambtenarenreglement Staten-Generaal dan wel een straf op te leggen als bedoeld in artikel 80 van het Besluit algemene rechtspositie politie;
-
b.
Onze Minister, hoofd van het betrokken ministerie, dan wel de vice-president van de Raad van State, de Algemene Rekenkamer of de Nationale ombudsman, indien de bevoegdheid, bedoeld in onderdeel a, bij koninklijk besluit wordt uitgeoefend;
-
a.
-
2.
de belanghebbende: degene op wie het in artikel 2 bedoelde voornemen betrekking heeft.