Examenreglement instructeur 1993

De minister van Binnenlandse Zaken,

Besluit:

Artikel

1

In deze ministeriële regeling wordt verstaan onder:

a.
de opleiding:
b.
de module:

elke onderwijseenheid over een samenhangend deel van de leerstof, die zowel presentatie, verwerking als toetsing omvat en die flexibel programmeerbaar is in het systeem, waarvan het een onderdeel is;

c.
het module-examen:

elk examen ter afsluiting van een module, dat bestaat uit een schriftelijk deel, een praktisch deel, een projectopdracht of een combinatie daarvan;

d.
het studiepunt:

de eenheid, waarin de omvang van de module wordt uitgedrukt en die gemiddeld tien contact- of zelfstudie-uren vertegenwoordigt.

Artikel

2

De opleiding bestaat uit de module instructeur.

Artikel

3

De module instructeur, bedoeld in artikel 2, omvat twaalf studiepunten.

Artikel

4

Tot het module-examen instructeur wordt toegelaten degene die:

Artikel

5

Artikel

6a

Vervallen

Artikel

7

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 augustus 1993.

Artikel

8

Deze regeling wordt aangehaald als: Examenreglement instructeur 1993.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

's-Gravenhage
De Minister van Binnenlandse Zaken, C. I.Dales

Bijlage

, behorende bij het Examenreglement instructeur 1993

Deel A, examenprogramma module instructeur

Opleiding: instructeur

Module: instructeur

no.

leerdoel

inhoud

gedragsniveau

weegfactor

De inrichting van het brandweeronderwijs kennen

1.

In eigen woorden omschrijven van de:

  • A.

    structuur van de brandweeropleidingen;

  • B.

    organisatie van de opleidingen;

  • C.

    taken en verantwoordelijkheden van instanties (Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Nederlands instituut voor brandweer en rampenbestrijding, regionale opleidingsinstituten)

i

2

2.

Opzoeken van de plaats en functie van de examenreglementen en de reglementen overeenkomstig de plaats en functie gebruiken voor het afleiden van lesdoelen

k1

1

Inzicht hebben in het leren van volwassenen

3.

Toepassen van grondprincipes die het leren van volwassenen bevorderen

t

2

4.

Beschrijven van de diverse leerstijlen aan de hand waarvan volwassenen leren

t

2

Groepsprocessen

5.

Onderscheiden van verschillende groepsprocessen die in leergroepen kunnen voorkomen en handelen overeenkomstig het groepsproces in kwestie, aan de hand van de volgende punten:

  • het scheppen van leercondities;

  • het omgaan met actieve en passieve groepsleden;

  • het bevorderen van de motivatie;

  • het geven van feedback;

  • het structureren

s2

2

Geven van onderwijs

6.

Toepassen van de systematiek en methodiek van lesvoorbereiding, dat wil zeggen het opstellen van een lesplan dat de keuzes met betrekking tot onderstaande onderwerpen verantwoord:

  • vastleggen van feitelijke gegevens en bepalen van doelen;

  • bepalen van de voorkennis van de cursisten;

  • vaststellen van de inhoud;

  • vaststellen van de werkvormen;

  • bepalen van de leer- en hulpmiddelen en het gebruik hiervan;

  • evaluatie;

  • praktische voorbereidingen, opstelling en veiligheid;

  • verantwoordelijkheid van de instructeur in het licht van de Arbeidsomstandighedenwet

t+p

3

7.

Toepassen van de systematiek en methodiek van lesuitvoering met inachtneming van de volgende aandachtspunten:

  • aandacht verkrijgen;

  • het leerdoel duidelijk maken;

  • voorkennis ophalen;

  • presentatie en ordening van de leerstof;

  • begeleiding van het leerproces;

  • oproepen van het geleerde;

  • geven van feedback;

  • evaluatie;

  • helpen onthouden en toepassen (transfer)

t+s2

3

Deel B

Code

Betekenis

K

Kennis

k1

kunnen opzoeken

k2

kunnen herkennen

k3

uit het hoofd kunnen noemen

i

inzicht

  • kunnen noemen van consequenties/gevolgen

  • kunnen formuleren in eigen woorden

t

toepassen

2

kunnen gebruiken van standaardbegrippen, -principes, -regels, -methoden, en -technieken

p

probleem oplossen

kunnen kiezen of ontwikkelen van andere dan standaardbegrippen, -principes, -regels, -methoden, en -technieken

m1

Motorische vaardigheden

kunnen verrichten van motorische/zintuiglijke vaardigheden

m2

bedreven zijn in bepaalde motorische zintuiglijke vaardigheden

s1

Sociale vaardigheden

beschikken over bepaalde sociale vaardigheden

s2

beheersen van bepaalde sociale vaardigheden

Deze bijlage behoort bij het Examenreglement instructeur 1993.

De Minister van Binnenlandse ZakenC.I.Dales