Besluit van 3 november 1993, houdende regels omtrent het beheer van de patiëntendossiers, de kennisneming van de daarin opgenomen gegevens en de daarbij bewaarde stukken en de verbetering van gegevens

Besluit patiëntendossier Bopz

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van de Staatssecretaris van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur en Onze Minister van Justitie van 14 juli 1993, DGVgz/GVC/CB/931800;
De Raad van State gehoord (advies van 28 oktober 1993, nr. W13.93.0452);
Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur en Onze Minister van Justitie van 1 november 1993, nr. GVC/CB/9370;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel

2

Artikel

3

Artikel

4

Patiëntendossiers worden op zorgvuldige wijze, volgens een vaste standaardindeling opgebouwd.

Artikel

5

In afwijking van artikel 457 van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek kan verstrekking van de in artikel 2 bedoelde bescheiden zonder toestemming van de patiënt gescheiden bij overplaatsing van de patiënt aan de vanaf het moment van overplaatsing voor de behandeling verantwoordelijke persoon, dan wel indien het bij of krachtens een andere wet bepaalde daartoe verplicht.

Artikel

6

Vervallen

Artikel

7

Vervallen

Artikel

8

Dit besluit treedt in werking op het tijdstip, bedoeld in artikel 80, tweede lid, van de wet.

Artikel

9

Dit besluit kan worden aangehaald als Besluit patiëntendossier Bopz.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage
Beatrix
De Staatssecretaris van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur, H. J. Simons
De Minister van Justitie, E. M. H. Hirsch Ballin
De Minister van Justitie, E. M. H. Hirsch Ballin