Besluit van 24 november 1993, houdende invoering van een vergunningplicht voor de inzameling van afgewerkte olie

Besluit inzameling afgewerkte olie

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 30 juni 1993, nr. MJZ30693023, Centrale Directie Juridische Zaken, afdeling Wetgeving;
De Raad van State gehoord (advies van 19 oktober 1993, no.W08.93.0407);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 23 november 1993, nr. MJZ 23n93020, Centrale Directie Juridische Zaken, afdeling Wetgeving;

Hebben goedgevonden en verstaan

Artikel

1

In dit besluit wordt verstaan onder afgewerkte olie: afgewerkte olie als bedoeld in artikel 1 van het Besluit aanwijzing gevaarlijke afvalstoffen, met uitzondering van afgewerkte olie uit vaartuigen en van afgewerkte olie, die als zodanig ontstaat in particuliere huishoudens, voor zover niet afgegeven of ingezameld.

Artikel

2

Artikel

3

Artikel

4

Dit besluit treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.

Artikel

5

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit inzameling afgewerkte olie.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage
Beatrix
De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, J. G. M. Alders
De Minister van Justitie, E. M. H. Hirsch Ballin