Regeling mandaat afgifte verklaringen van vrijstelling
Regeling mandaat afgifte verklaringen van vrijstelling Havenmeester Rotterdam
De Minister van Verkeer en Waterstaat,
Besluit:
Artikel
1
Aan de Havenmeester van Rotterdam wordt mandaat verleend om namens de Minister van Verkeer en Waterstaat de bevoegdheden, bedoeld in de artikelen 7, eerste lid, en 8, derde en vierde lid, Loodsplichtbesluit, uit te oefenen, voor zover het scheepvaartwegen betreft in beheer bij de gemeente Rotterdam of in beheer bij het Rijk, benedenstrooms kilometerraai 991.7 van de Nieuwe Maas of benedenstrooms kilometerraai 998 van de Oude Maas.
Artikel
2
De in artikel 1 bedoeld bevoegdheden worden eveneens gemandateerd aan de Adjunct-Havenmeester van Rotterdam.
Artikel
3
De in artikel 2 genoemde functionaris oefent de hem gemandateerde bevoegdheden slechts uit bij afwezigheid van de Havenmeester van Rotterdam en ten aanzien van aangelegenheden die naar aard of gewicht niet zodanig zijn dat zij door de Havenmeester moeten worden afgedaan.
Artikel
4
De minister kan nadere aanwijzingen geven omtrent de mate waarin en de wijze waarop gebruik dient te worden gemaakt van het in de artikelen 1 en 2 bedoelde mandaat.
Artikel
5
De Havenmeester van Rotterdam verschaft de minister op diens verzoek inlichtingen over de uitoefening van de aan hem gemandateerde bevoegdheid.
Artikel
6
De stukken die op grond van deze regeling worden afgedaan en ondertekend, vermelden aan het slot:
‘De Minister van Verkeer en Waterstaat,
namens deze,
De (Adjunct-)Havenmeester van Rotterdam’,
gevolgd door de handtekening en de naam van de (Adjunct-)Havenmeester.
Artikel
7
Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 1994.
Deze regeling zal in de Staatscourant worden geplaatst en in afschrift worden gezonden aan de algemene Rekenkamer, de Secretaris-Generaal, de plaatsvervangend secretaris-generaal, de diensthoofden, de hoofddirecteur van het Gemeentelijk havenbedrijf Rotterdam en de Havenmeester van de gemeente Rotterdam.
De Minister van Verkeer en Waterstaat, J. R. H.Maij-Weggen