Artikel
1
Deze regeling verstaat onder
Besluit:
Deze regeling verstaat onder
Alvorens het Bureau Heffingen een kennisgeving als bedoeld in artikel 9, eerste lid, van de wet in behandeling neemt, doet het van deze kennisgeving schriftelijk mededeling aan iedere hypotheekhouder die een aanmelding als bedoeld in artikel 3 heeft gedaan en wiens recht blijkens die aanmelding is gevestigd op een of meer registergoederen van het bedrijf waarvan het desbetreffende niet-gebonden mestproductierecht afkomstig is.
Het Bureau Heffingen neemt de kennisgeving niet in behandeling gedurende 30 dagen na dagtekening van de mededeling.
Indien een of meer betrokken hypotheekhouders binnen de in het tweede lid bedoelde termijn een verzoek daartoe bij het Bureau Heffingen indienen, wordt de termijn verlengd tot 90 dagen na dagtekening van de mededeling.
De termijn van 90 dagen wordt eenmalig met 90 dagen verlengd, indien een hypotheekhouder die het in het derde lid bedoelde verzoek heeft gedaan binnen de eerstgenoemde termijn een verzoek daartoe bij het Bureau Heffingen indient onder gelijktijdige overlegging van:
een rechterlijk vonnis, waaruit blijkt dat degene van wiens bedrijf de niet-gebonden mestproductierechten afkomstig zijn de betreffende verplaatsing geen doorgang kan laten vinden, of
een schriftelijke verklaring van een notaris, waarin deze bevestigt dat hij van de betrokken hypotheekhouder op grond van artikel 3:268, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek de opdracht heeft ontvangen om het betreffende verbonden registergoed, of in voorkomend geval de betreffende verbonden registergoederen in het openbaar te verkopen.
Artikel 2 is uitsluitend van toepassing indien een of meer betrokken hypotheekhouders het in artikel 2, eerste lid, bedoelde bedrijf, als geregistreerd onder het door de hypotheekhouder aan te geven mestnummer als bedoeld in artikel 7, hebben aangemeld bij het Bureau Heffingen.
Indien een hypotheekrecht dat is gevestigd op een of meer registergoederen van een overeenkomstig het eerste lid aangemeld bedrijf is tenietgegaan, doet degene die het betreffende recht had gevestigd daarvan onverwijld mededeling aan het Bureau Heffingen. De betreffende aanmelding vervalt zodra het Bureau Heffingen deze mededeling heeft ontvangen.
Indien een aanmelding als bedoeld in artikel 3 niet is mede-ondertekend door degene op wiens bedrijf zij betrekking heeft, wordt zij voor de toepassing van artikel 2 uitsluitend in aanmerking genomen wanneer door de hypotheekhouder bij de aanmelding tevens een uittreksel van het in artikel 3:260, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek bedoelde openbare register is overgelegd, waaruit blijkt op welk registergoed, of in voorkomend geval op welke registergoederen van het bedrijf het recht van de betrokken hypotheekhouder is gevestigd.
Het Bureau Heffingen doet aan degene op wiens bedrijf de aanmelding, bedoeld in het eerste lid, betrekking heeft van de aanmelding schriftelijk mededeling.
Verklaart degene op wiens bedrijf de aanmelding betrekking heeft binnen 30 dagen na dagtekening van de mededeling, bedoeld in het tweede lid, aan het Bureau Heffingen dat de gegevens als vermeld in de aanmelding niet juist zijn, dan neemt het Bureau Heffingen de betreffende aanmelding niet langer in aanmerking voor de toepassing van artikel 2.
Zolang de hypotheekhouder de aanmelding waarop de in het derde lid bedoelde verklaring betrekking heeft niet intrekt, doch maximaal gedurende 90 dagen na dagtekening van de mededeling, bedoeld in het tweede lid, neemt het Bureau Heffingen geen kennisgevingen als bedoeld in artikel 9, eerste lid, van de wet in behandeling, indien de niet-gebonden mestproductierechten afkomstig zijn van het bedrijf waarop de aanmelding betrekking heeft. De termijn van 90 dagen wordt eenmalig met 90 dagen verlengd, indien de hypotheekhouder binnen de eerstgenoemde termijn een verzoek daartoe bij het Bureau Heffingen indient, onder gelijktijdige overlegging van een rechterlijk vonnis of een verklaring van een notaris als bedoeld in artikel 2, vierde lid.
De aanmelding waarop de in het derde lid bedoelde verklaring betrekking heeft vervalt definitief na verloop van de in het vierde lid bedoelde termijn, zoals deze in voorkomend geval is verlengd. Na het vervallen van de aanmelding worden kennisgevingen die betrekking hebben op het in die aanmelding vermelde bedrijf onherroepelijk door het Bureau Heffingen in behandeling genomen.
Ter zake van het bedrijf dat is vermeld in de aanmelding waarop de in het derde lid bedoelde verklaring betrekking heeft, wordt, ook nadat deze aanmelding is ingetrokken of vervallen, door het Bureau Heffingen van de betrokken hypotheekhouder geen nieuwe aanmelding aanvaard, tenzij deze is mede-ondertekend door degene op wiens bedrijf zij betrekking heeft. Een zodanige, mede-ondertekende aanmelding geldt tevens als een intrekking van de aanmelding waarop de in het derde lid bedoelde verklaring betrekking heeft, indien deze aanmelding nog niet is vervallen.
Voor de toepassing van artikel 2 en artikel 4, vierde lid, wordt een aanmelding als bedoeld in artikel 3 eerst in aanmerking genomen indien door de betrokken hypotheekhouder bij het Bureau Heffingen een bedrag van € 27,23 is voldaan.
Aan een hypotheekhouder die een aanmelding als bedoeld in artikel 3 heeft gedaan, kunnen ter zake van het in die aanmelding vermelde bedrijf door het Bureau Heffingen de volgende gegevens worden verstrekt:
gegevens omtrent de geregistreerde mestproductierechten;
gegevens omtrent de hoeveelheid niet-gebonden rechten welke blijkens de kennisgeving, bedoeld in artikel 9, eerste lid, bij de verplaatsing zijn betrokken;
de dagtekening van de mededeling, bedoeld in artikel 4, tweede lid;
de indiening of het achterwege blijven van een verklaring als bedoeld in artikel 4, derde lid;
gegevens omtrent de overdracht van het gehele bedrijf en het mestnummer waaronder het bedrijf na de overdracht is geregistreerd.
Aan een ieder die daartoe een verzoek bij het Bureau Heffingen heeft ingediend en ten genoegen van het Bureau Heffingen aannemelijk heeft gemaakt dat hij een hypotheekrecht heeft gevestigd op een of meer registergoederen van een bedrijf, wordt mededeling gedaan van de op enig moment na indiening van het verzoek plaatsvindende splitsing van dat bedrijf.
Voor de toepassing van deze regeling wordt uitgegaan van het bedrijf zoals dit door het Bureau Heffingen is geregistreerd onder het mestnummer dat door de betrokken hypotheekhouder is vermeld in de aanmelding, bedoeld in artikel 3.
De verzoeken, bedoeld in artikel 2, derde en vierde lid, de verklaring, bedoeld in artikel 2, vijfde lid, de aanmelding, bedoeld in artikel 3, de verklaring, bedoeld in artikel 4, derde lid, de intrekking en het verzoek, bedoeld in artikel 4, vierde lid, en het verzoek bedoeld in artikel 6, tweede lid, worden slechts in aanmerking genomen indien zij zijn gesteld op een door het hoofd van het Bureau Heffingen vastgesteld formulier, dat volledig en naar waarheid is ingevuld, ondertekend en gedagtekend.
Gedurende de eerste 23 dagen na inwerkingtreding van de wet neemt het Bureau Heffingen geen kennisgevingen als bedoeld in artikel 9, eerste lid, van de wet in behandeling. In deze periode gedane kennisgevingen worden eerst na verloop van de periode in behandeling genomen, tenzij ter zake van het bedrijf waarvan de niet-gebonden mestproductierechten afkomstig zijn inmiddels een aanmelding als bedoeld in artikel 3 is ontvangen, in welk geval artikel 2, onderscheidenlijk artikel 4 van toepassing is.
Deze regeling treedt in werking met ingang van de datum van inwerkingtreding van de wet.
Deze regeling wordt aangehaald als:
Regeling blokkade verplaatsing mestproductie.
Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.