Regeling van de Minister van Justitie, (nr. 426911/594/NE) houdende vaststelling van het politielegitimatiebewijs ten behoeve van enige ambtenaren van politie werkzaam bij het Korps landelijke politiediensten en de bijzondere ambtenaren van politie

Vaststelling politielegitimatiebewijs

De Minister van Justitie,

Besluit:

Artikel

1

In deze regeling wordt verstaan onder:

a.
Korps landelijke politiediensten:

het Korps landelijke politiediensten, bedoeld in artikel 38 van de Politiewet 1993;

b.
korpschef:

de korpschef van het Korps landelijke politiediensten;

c.
ambtenaar:
d.
bijzondere ambtenaar:

de bijzondere ambtenaar van politie, bedoeld in artikel 43 van de Politiewet 1993.

Artikel

2

Tijdens de uitoefening van de dienst dragen de ambtenaar, werkzaam bij het Korps landelijke politiediensten, en de bijzondere ambtenaar, een politielegitimatiebewijs volgens het model als bedoeld in bijlage 1 bij deze regeling bij zich.

Artikel

3

Artikel

4

Op de bewaring van het te verstrekken politielegitimatiebewijs wordt behoorlijk toezicht gehouden door:

  • a.

    de korpschef voor zover het betreft politielegitimatiebewijzen, verstrekt aan ambtenaren werkzaam bij het Korps landelijke politiediensten;

  • b.

    de procureur-generaal voor zover het betreft politielegitimatiebewijzen, verstrekt aan bijzondere ambtenaren, die in zijn ressort zijn aangesteld.

Artikel

5

Artikel

6

Artikel

7

Artikel

8

Binnen een maand na de in artikel 9 bedoelde datum wordt het politielegitimatiebewijs, bedoeld in de beschikking van de Ministers van Justitie, en van Binnenlandse Zaken tot vaststelling van een politielegitimatie (Stcrt. 1958, 32) ingeleverd bij en vernietigd door de korpschef.

Artikel

9

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 april 1994.

Deze regeling wordt gepubliceerd in de Staatscourant en in het Algemeen politieblad.

's-Gravenhage
De Minister van Justitie,
namens deze,
J. J. H. Suyver , directeur-generaal Politie en Criminaliteitsbestrijding