Besluit van 22 maart 1994, houdende regels betreffende de rechtspositie van gedeputeerden

Rechtspositiebesluit gedeputeerden

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken van 14 september 1993, nr. BW93/U1933, directoraat-generaal Openbaar Bestuur, gedaan mede namens Onze Minister van Binnenlandse Zaken;
Gelet op de artikelen 43, eerste en tweede lid, en 51, tweede lid, van de Provinciewet;
De Raad van State gehoord (advies van 8 februari 1994, nr. W04.93.0630.);
Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken van 18 maart 1994, nr. BW94/273, directoraat-generaal Openbaar Bestuur, uitgebracht mede namens Onze Minister van Binnenlandse Zaken;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Hoofdstuk

1

Algemene bepalingen

Artikel

1

In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

Hoofdstuk

2

De bezoldiging

Artikel

3

Artikel

4

Artikel

5

Artikel

5a

Indien een gedeputeerde naast zijn bezoldiging als gedeputeerde tevens aanspraak heeft op vergoeding voor de werkzaamheden als statenlid gedurende een tijdvak als bedoeld in artikel 35c, tweede lid, onder a of b, van de Provinciewet, dan vervalt gedurende dit tijdvak zijn aanspraak op een vergoeding voor de werkzaamheden als statenlid.

Artikel

5b

Artikel

6

Hoofdstuk

3

Vergoeding bijzondere kosten en andere financiële voorzieningen

§

1

Vergoedingen in verband met de tijdelijke vervanging in verband met zwangerschap en bevalling of ziekte

Artikel

7

De tijdelijke vervanger van de gedeputeerde die verlof heeft wegens zwangerschap en bevalling of ziekte, ontvangt voor zijn verzekering voor arbeidsongeschiktheid, ouderdom en overlijden € 590 per maand.

Artikel

8

§

2

Voorzieningen in verband met ziekte, een dienstongeval of een structurele functionele beperking

Artikel

9

Vervallen

Artikel

10

Vervallen

Artikel

11

Vervallen

Artikel

12

Vervallen

Artikel

13

Vervallen

Artikel

14

Vervallen

Artikel

15

Vervallen

Artikel

16

Artikel

17

§

2a

Voorzieningen in verband met bewaken en beveiligen

Artikel

17a

Indien gedeputeerde staten ten behoeve van een veilige woon- en werkplek van een gedeputeerde kosten maken, die in het kader van het stelsel bewaken en beveiligen zijn aangemerkt als werkgeverskosten, komen deze ten laste van de provincie.

§

3

Vergoeding onkosten

Artikel

18

Artikel

19

Artikel

19a

Vervallen

Artikel

20

Indien aan de gedeputeerde een dienstauto ter beschikking is gesteld en hij voor het gebruik van deze dienstauto loon- en inkomstenbelasting is verschuldigd, kunnen gedeputeerde staten bepalen dat deze belastingheffing door de provincie aan de gedeputeerde wordt vergoed. De vergoeding betreft ten hoogste de verschuldigde loon- en inkomstenbelasting voor het gebruik van de dienstauto.

Artikel

21

Artikel

22

Artikel

22a

Artikel

23

Artikel

23a

Als eindheffingsbestanddeel als bedoeld in artikel 31, eerste lid, onderdeel f, van de Wet op de loonbelasting 1964 worden aangewezen:

Artikel

23b

Hoofdstuk

4

Overgangs- en slotbepalingen

Artikel

24

Vervallen

Artikel

24a

Artikel 17 zoals dat luidde op de dag voor de datum van inwerkingtreding van het Besluit van 22 december 2005 tot wijziging van het Rechtspositiebesluit commissarissen van de Koning, het Rechtspositiebesluit gedeputeerden, het Rechtspositiebesluit burgemeesters, het Rechtspositiebesluit wethouders, het Rechtspositiebesluit staten- en commissieleden en het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden, blijft van toepassing op de voormalig gedeputeerde, indien de in dat artikel bedoelde invaliditeit op die dag reeds bestond of, indien de invaliditeit op een later tijdstip is ontstaan, kan worden vastgesteld dat de oorzaak van deze invaliditeit voor de datum van inwerkingtreding van bovengenoemd besluit 22 december 2005 is gelegen.

Artikel

25

Vervallen

Artikel

26

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 1994.

Artikel

27

Dit besluit wordt aangehaald als: Rechtspositiebesluit gedeputeerden.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage
Beatrix
De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken, D.IJ .W. de Graaff-Nauta
De Minister van Binnenlandse Zaken, E. van Thijn
De Minister van Justitie a.i., E. van Thijn