Artikel
1
Het bevoegd gezag kan functies van ambtenaren, aangesteld voor de uitvoering van technische, administratieve en andere taken ten dienste van de politie, aanwijzen waaraan een leeftijdsgrens van 60 jaar is verbonden, indien deze voldoen aan de volgende voorwaarden:
-
a.
de aard van de aan de functie verbonden werkzaamheden is vergelijkbaar met die van een ambtenaar, aangesteld voor de uitvoering van de politietaak;
-
b.
er is sprake van een functie waaraan risico's en ongemakken zijn verbonden vergelijkbaar met die aan een functie van een ambtenaar, aangesteld voor de uitvoering van de politietaak;
-
c.
de ambtenaren in de functie werken volgens een dienstrooster dat in overwegende mate overeenkomt met het dienstrooster van een ambtenaar, aangesteld voor de uitvoering van de politietaak.