Artikel
1
1
De vrijwillige ambtenaar, aangesteld voor de uitvoering van de politietaak, wordt belast met een of meer van de volgende werkzaamheden:
-
a.
het surveilleren, het treffen van maatregelen ter handhaving van de openbare orde en het verlenen van hulp op openbare plaatsen,
-
b.
het opsporen van overtredingen en misdrijven waarop als hoofdstraf maximaal een gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of een geldboete van de vierde categorie is gesteld,
-
c.
het vaststellen van gedragingen als bedoeld in de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften,
-
d.
het houden van toezicht op en het verzorgen van ingeslotenen, en
-
e.
het verrichten van werkzaamheden op de meldkamer en de receptie van het politiebureau en van administratieve werkzaamheden.
2
De vrijwillige ambtenaar kan tevens, met instemming van het bevoegd gezag, worden ingezet bij specialistische werkzaamheden die niet behoren tot de werkzaamheden, bedoeld in het eerste lid, voor zover hij beschikt over de daarvoor vereiste opleiding en ervaring. Tot specialistische werkzaamheden wordt in ieder geval gerekend assistentie bij opsporingsonderzoeken naar andere misdrijven dan die bedoeld in het eerste lid, onder b.