2
Bij beëindiging van het dienstverband, waaronder begrepen het overlijden van de ambtenaar, geven de ambtenaar dan wel zijn nagelaten betrekkingen aan het bevoegde gezag aan of de gespaarde bedragen, met behoud van de opnamemogelijkheden als genoemd in artikel 8, eerste lid, onderdelen b en c, op de spaarloonrekening zullen blijven staan zolang de in artikel 8, eerste lid, onderdeel a, genoemde termijn nog niet is verstreken dan wel dat gespaarde bedragen zullen worden opgenomen.
2. Indien gespaarde bedragen volgens het tweede lid worden opgenomen, geschiedt dit in overleg met het bevoegde gezag, teneinde te bewerkstelligen dat overeenkomstig artikel 22 van de Uitvoeringsregeling werknemersspaarregelingen en winstdelingsregelingen tot loonheffing krachtens de Wet op de loonbelasting, alsmede tot de inhouding van premies ingevolge de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering, de Werkloosheidswet en de Ziektewet, dan wel hetgeen daarmee overeenkomt, kan worden gekomen. Artikel 9 is van overeenkomstige toepassing.