Afkoopregeling

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Gehoord de Verzekeringskamer:

Besluit:

Artikel

1

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    wet: de Pensioen- en spaarfondsenwet;

  • b.

    pensioenfonds: een pensioenfonds in de zin van de wet;

  • c.

    verzekeringsovereenkomst: een verzekeringsovereenkomst als bedoeld in artikel 2, vierde lid, van de wet.

Artikel

2

Voor zover op een toezegging omtrent pensioen aan een persoon, die voldoet of heeft voldaan aan het bepaalde in artikel 2, derde lid, onderdeel c, van de wet, en het eerste lid van dat artikel niet van toepassing is, zijn voor pensioen of aanspraken op pensioen voortvloeiende uit die toezegging, de artikelen 15 en 16 van de Regelen verzekering overeenkomsten Pensioen- en spaarfondsenwet van overeenkomstige toepassing.

Artikel

3

Mits het pensioenfonds of de verzekeraar daarmee instemt kan, in het kader van een verrekening van pensioenrechten bij echtscheiding respectievelijk scheiding van tafel en bed pensioen of aanspraak op pensioen op verzoek van een rechthebbende met instemming van diens gewezen echtgenoot respectievelijk diens echtgenoot worden afgekocht indien de afkoopsom bij dezelfde instelling wordt aangewend ter verwerving van eenzelfde of een ander soort pensioen ten behoeve van diens gewezen echtgenoot respectievelijk diens echtgenoot.

Artikel

4

Artikel

4a

Indien sprake is van een afkoop als omschreven in artikel 4 kan het deel van de aanspraak op het pensioen dat op het tijdstip onmiddellijk voorafgaand aan het tijdstip van de afkoop uitgaat boven de begrenzingen, bedoeld in artikel 10c van het Uitvoeringsbesluit loonbelasting 1965, worden afgekocht en de afkoopsom aan de rechthebbende ter hand worden gesteld.

Artikel

5

Artikel

6

Artikel

6a

Een pensioenfonds of een verzekeraar is bevoegd het deel van de aanspraak op het pensioen dat op het tijdstip onmiddellijk voorafgaand aan het tijdstip van ingang van het pensioen uitgaat boven de begrenzingen bedoeld in de artikelen 18a, zevende lid, artikel 18b, zevende lid, 18c, vijfde lid, 18d, 18e, 18f en 38a van de Wet op de loonbelasting 1964, af te kopen en de afkoopsom aan de rechthebbende ter hand te stellen.

Artikel

6b

Een pensioenfonds of een verzekeraar is bevoegd het deel van de aanspraak op het pensioen dat op het tijdstip onmiddellijk voorafgaande aan het tijdstip waarop de deelnemer of verzekerde ophoudt binnenlands belastingplichtige te zijn uitgaat boven de begrenzingen bedoeld in de artikelen 18a, zevende lid, artikel 18b, zevende lid, 18c, vijfde lid, 18d, 18e, 18f en 38a van de Wet op de loonbelasting 1964, af te kopen en de afkoopsom aan de rechthebbende ter hand te stellen.

Artikel

7

Met inachtneming van de volgende voorwaarden is bij afkoop van pensioen of aanspraken op pensioen Het besluit betreffende de aanwijzing van gevallen waarin afkoop van pensioen of een aanspraak op pensioen mogelijk is , zoals dit luidde op 4 februari 1994 van toepassing:

  • a.

    het verzoek tot afkoop is ingediend voor 5 februari 1994;

  • b.

    de berekening van de afkoopsom is gemaakt voor 5 februari 1994;

  • c.

    het onder a en b genoemde is met schriftelijke middelen aantoonbaar;

  • d.

    op 5 februari 1994 kunnen de instelling jegens wie de aanspraak op pensioen bestaat en de rechthebbende redelijkerwijs niet meer afzien van de overeenkomst tot afkoop;

Artikel

8

Een pensioenfonds is bevoegd pensioen of aanspraken op pensioen op verzoek van de rechthebbende af te kopen en hem de afkoopsom ter hand te stellen indien aan de volgende voor-waarden is voldaan:

  • a.

    de statuten en reglementen van het pensioenfonds maken het mogelijk dat het pensioenfonds pensioen of aanspraken op pensioen kan afkopen ingeval de rechthebbende aannemelijk heeft gemaakt binnenkort te zullen emigreren;

  • b.

    de rechthebbende heeft voor de inwerkingtreding van dit besluit verzocht om afkoop van zijn pensioen en aannemelijk gemaakt binnenkort te zullen emigreren;

  • c.

    het verzoek tot afkoop is ingediend bij de beëindiging van de deelname van de rechthebbende aan het pensioenfonds of op een later tijdstip;

  • d.

    de berekening van de afkoopsom is gemaakt voor de datum van inwerkingtreding van dit besluit;

  • e.

    met de pensioenbelangen van de echtgenoot of gewezen echtgenoot wordt op redelijke wijze rekening gehouden.

Artikel

9

Deze regeling treedt in werking de dag na publikatie in de Staatscourant doch niet eerder dan met ingang van de dag waarop de wet tot wijziging van de Pensioen en spaarfondsenwet en enige andere wetten (wettelijk recht op waarde-overdracht en enige andere maatregelen op het aanvullend pensioenterrein) in werking treedt. De regeling Aanwijzing van gevallen waarin afkoop van pensioen of een aanspraak op pensioen mogelijk is van 16 juli 1987 komt te vervallen.

Artikel

10

Deze regeling wordt aangehaald als: Afkoopregeling.

's-Gravenhage
De Staatssecretaris voornoemd, J.Wallage