Besluit van 29 juli 1994, houdende aanwijzing van financiële instellingen en financiële diensten in het kader van de Wet identificatie bij financiële dienstverlening 1993

Besluit aanwijzing van financiële instellingen en financiële diensten in het kader van de Wet identificatie bij financiële dienstverlening 1993

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Financiën, Centrale Directie Wetgeving, Juridische en Bestuurlijke Zaken, d.d. 10 januari 1994, nr WJB 93/1455;
Gelet op artikel 1, onderdeel a, onder 6°, artikel 1, onderdeel b, onder 8° en artikel 6, onderdeel d, onder 8°, van de Wet identificatie bij financiële dienstverlening 1993;
De Raad van State gehoord (advies van 29-03-1994, no. W06.94.0020);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Financiën van 18 juli 1994, nr. WJB 94/943 M;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel

1

Als financiële instelling in de zin van artikel 1, onderdeel a, onder 6°, van de Wet identificatie bij financiële dienstverlening 1993 worden de volgende ondernemingen en instellingen aangewezen:

  • a.

    een onderneming of instelling die creditcards uitgeeft, met uitzondering van de onderneming of instelling waarvan de door haar uitgegeven creditcards alleen gebruikt kunnen worden bij die onderneming of instelling of bij een onderneming of instelling die behoort tot dezelfde groep in de zin van artikel 24b, Boek 2, van het Burgerlijk Wetboek;

  • b.

    de natuurlijke persoon, rechtspersoon of vennootschap die beroeps- of bedrijfsmatig ten behoeve van of op verzoek van een ander munten of bankbiljetten wisselt, munten of bankbiljetten uitbetaalt tegen inlevering van een of meer cheques of munten of bankbiljetten uitbetaalt op vertoon van een creditcard;

  • c.

    de natuurlijke persoon, rechtspersoon of vennootschap die beroeps- of bedrijfsmatig een speelcasino in de zin van artikel 27g, tweede lid, van de Wet op de kansspelen organiseert.

Artikel

2

Als financiële dienst in de zin van artikel 1, onderdeel b, onder 8°, van de Wet identificatie bij financiële dienstverlening 1993 worden de volgende diensten aangewezen:

  • a.

    het uitgeven van creditcards, met uitzondering van het uitgeven van creditcards die alleen gebruikt kunnen worden bij de onderneming of instelling die deze creditcards uitgeeft of bij een onderneming of instelling die behoort tot dezelfde groep in de zin van artikel 24 b, Boek 2, van het Burgerlijk Wetboek;

  • b.

    gelegenheid bieden, door middel van een speelcasino in de zin van artikel 27g, tweede lid, van de Wet op de kansspelen, mee te dingen naar prijzen en premies, tegen een betaling met een tegenwaarde of gezamenlijke tegenwaarde welke gelijk is aan, dan wel meer bedraagt dan € 10 000 anders dan in euro's luidende bankbiljetten en munten.

Artikel

3

Als op de financiële dienst betrekking hebbende gegevens als bedoeld in artikel 6, onderdeel d, onder 8°, van de Wet identificatie bij financiële dienstverlening 1993 dient in het geval van een financiële dienst als bedoeld in artikel 2 het creditcardnummer en het corresponderende bankrekeningnummer geregistreerd te worden.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage
Beatrix
De Minister van Financiën, W. Kok
De Minister van Justitie, A. Kosto