Wet van 2 november 1994, houdende wijziging van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek en enkele andere wetten, houdende verbeteringen en aanvullingen van overwegend technische aard

Wijzigingswet Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek enz. (verbeteringen en aanvullingen van overwegend technische aard)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is een aantal wijzigingen van overwegend technische aard aan te brengen in de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek en in enige andere wetten, waarbij in een aantal wetten krachtens welke voor de uitoefening van bepaalde functies het bezit van de titel meester is vereist, de mogelijkheid wordt geopend bij algemene maatregel van bestuur nadere eisen te stellen aan de kwalificaties van dragers van die titel;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel

I

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

II

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

III

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel IV

Vervallen

Artikel

V

Wijzigt de Wet op de Raad van State.

Artikel VI

Vervallen

Artikel VII

Vervallen

Artikel

VIII

Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden

Artikel

IX

Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden

Artikel

X

Artikel

XI

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

XII

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

XIII

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

XIV

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

XV

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

XVI

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

XVII

Artikel

XVIII

Bevat wijzigingen in deze regelgeving.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te 's-Gravenhage
Beatrix
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, J. M. M. Ritzen
De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, J. J. van Aartsen
De Minister van Justitie, W. Sorgdrager
De Minister van Justitie, W. Sorgdrager