Wet van 23 december 1994, houdende invoering van en aanpassing van een aantal wetten aan de Wet belastingen op milieugrondslag

Invoeringswet Wet belastingen op milieugrondslag

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het in verband met de totstandkoming van de Wet belastingen op milieugrondslag noodzakelijk is de Wet milieubeheer te wijzigen, de in die wet vervatte bepalingen inzake de heffing en invordering van verbruiksbelastingen van brandstoffen, geheven naar een milieugrondslag, te laten vervallen, alsmede enkele andere wetten aan te passen;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel

I

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

II

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

III

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

IV

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

V

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

VI

Het Hoofdstuk Financiële bepalingen van de Wet milieubeheer, zoals dat luidde onmiddellijk voorafgaande aan de inwerkingtreding van deze wet, blijft van toepassing met betrekking tot feiten die leiden tot de verschuldigdheid of voldoening van de verbruiksbelastingen van brandstoffen, geheven naar het koolstofgehalte en de energie-inhoud, alsmede strafbare feiten ter zake, welke hebben plaatsgevonden vóór de datum met ingang waarvan deze wet in werking is getreden.

Artikel

VII

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

VIII

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

IX

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

X

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

XI

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

XII

Deze wet wordt aangehaald als: Invoeringswet Wet belastingen op milieugrondslag.

Artikel

XIII

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te 's-Gravenhage
Beatrix
De Staatssecretaris van Financiën, W. A. F. G. Vermeend
De Minister van Justitie, W. Sorgdrager