Artikel
1
In dit besluit wordt verstaan onder:
Besluit:
In dit besluit wordt verstaan onder:
Er is een ambtelijke commissie voor marktwerking, deregulering en wetgevingskwaliteit.
De ambtelijke commissie heeft, met het oog op de verbetering van de wetgevingskwaliteit, waarin begrepen de rechtshandhaving, de verbetering van de marktwerking en de vermindering van uit wet- en regelgeving voortvloeiende onevenredig zware lasten voor burgers, bedrijven en instellingen, tot taak:
het onderzoek van de door de ministeriële commissie akkoord bevonden onderwerpen te organiseren en te begeleiden;
adviezen over deze onderwerpen uit te brengen aan de ministeriële commissie.
Leden van de ambtelijke commissie zijn:
mr. L. A. Geelhoed, Ministerie van Economische Zaken, tevens voorzitter;
mr. drs. R. K. Visser, Ministerie van Algemene Zaken;
mr. D. van Dijk, Ministerie van Justitie;
mr. J. H. van Kreveld, Ministerie van Justitie;
drs. H. Brouwer, Ministerie van Financiën;
mr. W. de Boer, Ministerie van Economische Zaken.
Indien in de ambtelijke commissie een onderwerp aan de orde komt waarvoor geen van de in het eerste lid genoemde ministeries als eerste verantwoordelijke draagt, kan de minister die daarvoor wèl eerstverantwoordelijk is een vertegenwoordiger aanwijzen die voor de behandeling van dit onderwerp participeert in de ambtelijke commissie.
De Ministers van Justitie en van Economische Zaken wijzen beiden een secretaris van de ambtelijke commissie aan, die gezamenlijk de werkzaamheden van de ambtelijke commissie voorbereiden en daaraan uitvoering geven.
De ambtelijke commissie stelt ambtelijke werkgroepen in die per onderwerp de feitelijke werkzaamheden ter hand nemen.
De werkgroepen staan onder leiding van een vertegenwoordiger van een met betrekking tot het te behandelen onderwerp niet direct betrokken ministerie of van een externe deskundige.
Leden van de werkgroep zijn een vertegenwoordiger van het ministerie dat eerstverantwoordelijk is voor het te onderzoeken onderwerp, vertegenwoordigers van de Ministeries van Justitie, van Financiën en van Economische Zaken en vertegenwoordigers van andere ministeries die het aangaat. Werkgroepen kunnen met externe deskundigen worden uitgebreid of kunnen deze desgewenst consulteren.
De ambtelijke commissie formuleert de concrete taakopdrachten voor de werkgroepen. Daartoe behoort steeds het doen van concreet implementeerbare beleidsvoorstellen. Tevens stelt de ambtelijke commissie de termijnen vast waarbinnen de resultaten gereed moeten zijn. De ambtelijke commissie kan in verband met de voortgangsbewaking een tussentijdse rappotage verlangen.
De ambtelijke commissie doet jaarlijks voor 1 juli verslag aan de ministeriële commissie over haar werkzaamheden in de afgelopen twaalf maanden. Dit verslag bevat de in die periode uitgebrachte adviezen aan de ministeriële commissie.
Het besluit van de Minister-President van 11 januari 1989, houdende herziening van het besluit tot instelling van de Commissie voor de toetsing van wetgevingsprojecten (Stcrt. 20), wordt ingetrokken.
De ambtelijke commissie stelt in het vierde jaar na de inwerkingtreding van dit besluit een verslag vast over de doeltreffendheid en de effecten van de werkzaamheden van de ambtelijke commissie en zendt dat aan de Ministers van Justitie en van Economische Zaken.
Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.
Dit besluit wordt aangehaald als: Instellingsbesluit ambtelijke commissie voor marktwerking, deregulering en wetgevingskwaliteit.
Dit besluit zal met de toelichting in de Nederlandse Staatscourant worden geplaatst.