Examenreglement brandweerduiker 1995

De Minister van Binnenlandse Zaken,

Besluit:

Artikel

1

In deze regeling wordt verstaan onder:

a.
de opleiding:
b.
de module:

elke onderwijseenheid over een samenhangend deel van de leerstof, die zowel presentatie, verwerking als toetsing omvat en die flexibel programmeerbaar is in het systeem, waarvan het een onderdeel is;

c.
het module-examen:

elk examen ter afsluiting van een module, dat bestaat uit een schriftelijk deel, een praktisch deel, een projectopdracht of een combinatie daarvan;

d.
het studiepunt:

de eenheid, waarin de omvang van de module wordt uitgedrukt en die gemiddeld tien contact- of zelfstudie-uren vertegenwoordigt;

e.
de vrijstelling:

een door het bestuur van het Nederlands bureau brandweerexamens, genoemd in artikel 18g, eerste lid, van de Brandweerwet 1985, afgegeven verklaring, inhoudende dat de kandidaat voor de betreffende module over de vereiste kennis en vaardigheden beschikt.

Artikel

2

De opleiding bestaat uit drie modulen:

  • a.

    brandweerduiker theorie (verplichte module);

  • b.

    brandweerduiker praktijk I (verplichte module);

  • c.

    brandweerduiker praktijk II (verplichte module).

Artikel

3

Artikel

4

Artikel

5

Artikel

6

Artikel

7

Artikel

8

Artikel

9

Vervallen

Artikel

10

Vervallen

Artikel

11

Het Reglement voor het examen ter beoordeling van de kennis en de bekwaamheid van het personeel van de brandweer inzake het optreden als duiker bij de brandweer wordt ingetrokken.

Artikel

13

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 augustus 1995.

Deze regeling zal met toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage
De Minister van Binnenlandse Zaken, H.F.Dijkstal

Bijlage

36

Deel A, examenprogramma module brandweerduiker theorie

Natuurkundige wetmatigheden

1.

Eenvoudige natuurkundige berekeningen maken met betrekking tot (partiële) druk en gewicht.

t

1

2.

Toepassen van natuurkundige principes, waaronder het luchtverbruik, op de duikverrichtingen.

t

2

Tactische aspecten van het brandweerduiken

3.

Samenvattend weergeven van de tactiek van het duiken, dat wil zeggen:

  • het uitrukken na een ongeval;

  • het te water gaan;

  • het opsporen van het object, waarbij de voorgeschreven zoekmethoden en hand- en lijnsignalen worden gebruikt;

  • het bevrijden van het slachtoffer;

  • het vervoeren van het slachtoffer in het water;

  • inzet op of onder ijs.

i

3

4.

Beschrijven hoe onder gegeven omstandigheden gebruik moet worden gemaakt van een boot of vlot.

i

1

Medische aspecten van het duiken

5.

Herkennen van algemene begrippen uit de anatomie en fysiologie.

k2

2

6.

Preventief, diagnosticerend en handelend optreden wanneer zich medische aandoeningen bij het duiken voordoen.

p

2

Slachtofferhulp

7.

Beschrijven van de manier van handelen bij verdrinking en onderkoeling van slachtoffers.

i

2

Duikmateriaal

8.

De samenstelling, toepassingen en het onderhoud van de brandweerduikuitrusting beschrijven.

i

2

Toepassen van veiligheidsaspecten

9.

Kunnen opzoeken van de hoofdlijnen van de duikwetgeving, inclusief de veiligheidsrichtlijnen.

k1

1

10.

Aanduiden van de onderstaande inhoud van de registratieverplichting en aangeven hoe deze moet worden uitgevoerd:

  • het voeren van een duikadministratie;

  • het bijhouden van een duiklogboek;

  • ongevalregistratie;

  • keuringen.

i

1

Inzicht in de te nemen maatregelen bij in nood verkerende duikers

11.

Beschrijven van de te treffen maatregelen (op de wal) in noodsituaties ter redding van de duiker.

i

2

12.

Beschrijven van de handelingen die een stand-by duiker kan verrichten ter redding van een in nood verkerende duiker.

i

2

13.

Beschrijven van de handelingen die een duiker kan uitvoeren indien deze zich in een noodsituatie bevindt.

i

2

Bijlage

37

Deel B, Examenprogramma module brandweerduiker praktijk I

OPLEIDING: brandweerduiker

MODULE: brandweerduiker praktijk I

no. leerdoel

inhoud

gedragsniveau

weegfactor

Zwemtechniek

1.

Blijk geven van een goede beheersing van de zwemtechniek.

m2

1

Slachtoffers

2.

Bedreven zijn in het vervoeren van het slachtoffer naar en op de wal.

m2

3

Optreden met en zonder duikuitrusting

3.

Demonstreren van veilig gebruik van de duikuitrusting.

m2

3

4.

Bedreven zijn in het bewegen onder water met en zonder duikuitrusting.

m2

3

Handelen in noodsituaties van duikers

5.

Demonstreren van handelingen onder water in noodsituaties (zelfredding).

m2

3

6.

Een in nood verkerende duiker boven water halen (taak stand-by duiker).

m2

3

7.

Het treffen van maatregelen ter redding van de duiker.

m2

3

Bijlage

38

Deel C, examenprogramma module brandweerduiker praktijk II

OPLEIDING: brandweerduiker

Module: brandweerduiker praktijk II

no. leerdoel

inhoud

gedragsniveau

weegfactor

Veilig optreden met duikuitrusting

1.

Demonstreren van veilig gebruik van de duikuitrusting en uitvoeren van de controle van de duikuitrusting.

m2

3

Duiktechniek

2.

Uitvoeren van de onderstaande handelingen die deel uitmaken van de tactiek van het duiken:

  • het uitrukken naar een ongeval;

  • het te water gaan;

  • het opsporen van het object;

  • het bevrijden van het slachtoffer;

  • het vervoeren van het slachtoffer in het water.

t+m2

3

Communicatie

3.

Communiceren aan de hand van duikspecifieke seinen en signalen.

m2

3

Deel D Betekenis van de codes

k =

kennis

k1 =

kunnen opzoeken

k2 =

kunnen herkennen

k3 =

uit het hoofd kunnen noemen

i =

inzicht:

  • kunnen noemen van consequenties/gevolgen

  • kunnen formuleren in eigen woorden

t =

toepassen: kunnen gebruiken van standaardbegrippen, -principes, -regels, -methoden en -technieken

p =

probleem oplossen: kunnen kiezen of ontwikkelen van andere dan standaardbegrippen, -principes, -regels, -methoden en -technieken

m =

motorische vaardigheden

m1 =

kunnen verrichten van motorische/zintuiglijke vaardigheden

m2 =

bedreven zijn in bepaalde motorische/zintuigelijke vaardigheden

Bijlage

Deel E, eisen ten aanzien van de geldigheid diploma brandweerduiker

OPLEIDING: brandweerduiker

Om voor verlenging van de geldigheid van het diploma brandweerduiker in aanmerking te komen, moet betrokkene aan de volgende eisen voldoen:

  • a.

    ten minste 20 duiken hebben gemaakt met een totale onderwatertijd van ten minste 600 minuten, waarvan 5 duiken in het zwembad worden uitgevoerd.

    Ten minste te behandelen onderdelen in het zwembad:

    Dz 001

    Zwemtechnieken (conditietraining).

    Dz 002

    Toepassen van handelingen m.b.t. een veilig optreden met duikuitrusting.

    Dz 003

    Uitrusting afleggen en omhangen onder water.

    Dz 004

    Toepassen van bevrijdings- en vervoersgrepen.

    Dz 005

    Handelen in noodsituaties van duikers (zelfredmethode en redmethode collega in nood) in complete buitenwaterduikuitrusting (2x p/j).

    Dz 006

    Handelen bij lek buitenwaterduikpak met volledige duikuitrusting.

    Dz 007

    Handelen bij ‘op de kop staan’ in volledige buitenwaterduikuitrusting.

    Ten minste te behandelen onderdelen in het buitenwater:

    Db 001

    Uitvoeren van de uitrukprocedure (aankleden tijdens de rit).

    Db 002

    Uitvoeren van veiligheids- en gezondheidsmaatregelen op en om de duiklocatie.

    Db 003

    Toepassen van duikmedische vaardigheden.

    Db 004

    Uitvoeren van de noodprocedures (2x p/j).

    Db 005

    Uitvoeren van zoekmethoden (met en zonder communicatieapparatuur).

    Db 006

    Uitvoeren van een oppervlakteredding, binnen en buiten bereik van de lijn.

    Db 007

    Uitvoeren van een redding uit een te water geraakte auto.

    Db 008

    Uitvoeren van horizontaal drenkelingentransport.

    Db 009

    Uitvoeren van een oefenduik vanaf een boot.

    Db 010

    Uitvoeren van een oefenduik waarbij wordt samengewerkt met de bemanning van een tankautospuit.

    Oefeningen zoals hieronder genoemd moeten gecombineerd worden met de oefeningen Db 001 t/m Db 010 voor zover de daarin beschreven situaties zich voor (kunnen) doen in het verzorgingsgebied:

    Db 011

    Oefenduik bij sterkere stroming (max. 0.5 m/sec).

    Db 012

    Oefenduik op diepte (max. 15 meter).

    Db 013

    Oefenduik op grootwater.

    Db 014

    Het bergen van een object (auto).

    Db 015

    Zoeken van objecten op verzoek van de politie.

    Van onderstaande oefeningen moet oefening Db 016 gecombineerd worden met ten minste één van de oefeningen Db 001 t/m Db 010. Hetzelfde geldt voor de oefening Db 017, voor zover de daarin vermelde omstandigheid zich voordoet.

    Db 016

    Oefenduik bij duisternis.

    Db 017

    Oefenduik onder ijs.

  • b.

    te beschikken over actuele theoretische kennis.

    1 keer per vier jaar zal er een theoretische toets door het Nederlands bureau brandweerexamens (Nbbe) moeten worden afgenomen. Deze toets dient naast kennisvragen tevens ervaringsvragen te bevatten.

    Verklaring van de codes:

    Dz = Duiken praktijk in het zwembad.

    Db = Duiken praktijk in het buitenwater.

    De aanvraag voor verlenging van de geldigheid van het diploma brandweerduiker wordt door het bestuur van het korps bij de voorzitter van het bestuur van het Nbbe ingediend.

    De leiding van het korps waar betrokkene werkzaam is controleert persoonlijk aan de hand van het duiklogboek en de oefenregistratie of aan bovenstaande eisen is voldaan.