Vaststelling van regels als bedoeld in artikel 7, vierde lid, van de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding voor de berekening in geval van waarde-overdracht

Regeling voor berekening in geval van waarde-overdracht

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Justitie, de Minister van Binnenlandse Zaken en de Minister van Defensie;
Gezien het advies van de Verzekeringskamer;

Besluit:

Artikel

1

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    de wet: de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding;

  • b.

    waarde-overdracht: overdracht van de afkoopsom van de aanspraken op pensioen ter verwerving van met de waarde van die afkoopsom overeenkomende aanspraken in de regeling van het overnemende uitvoeringsorgaan;

  • c.

    overdragende uitvoeringsorgaan: het uitvoeringsorgaan, dat een regeling uitvoert als bedoeld in de leden vier tot en met acht van artikel 1 van de wet, en dat de waarde overdraagt;

  • d.

    overnemende uitvoeringsorgaan: het uitvoeringsorgaan, dat een regeling uitvoert als bedoeld in de leden vier tot en met acht van artikel 1 van de wet, en waaraan de waarde wordt overgedragen;

  • e.

    deelnemingsjaren: het aantal jaren tot het tijdstip van scheiding gedurende welke de tot verevening verplichte echtgenoot deelnemer was in de pensioenregelingen, die door het overdragende en het overnemende uitvoeringsorgaan worden uitgevoerd en die als deelnemingsjaren voor de vaststelling van het pensioen meetellen;

  • f.

    huwelijksjaren: de jaren tot het tijdstip van scheiding waarin de tot verevening verplichte echtgenoot gehuwd was met de tot verevening gerechtigde echtgenoot en de tot verevening verplichte echtgenoot deelnemer was in de pensioenregelingen van het overdragende en het overnemende uitvoeringsorgaan;

  • g.

    pensioen op het tijdstip van scheiding:

    • voor deelnemers: de aanspraak per de datum van scheiding welke wordt vastgesteld overeenkomstig artikel 55 van de Pensioenwet,

    • voor gewezen deelnemers: het ingegane pensioen of de ten tijde van beëindiging van het deelnemerschap vastgestelde pensioenaanspraak vermeerderd met de eventueel daarna toegepaste verhogingen voorzover toe te rekenen aan de huwelijksperiode;

  • h.

    pensioen op de datum van ontvangst van de mededeling:

    • voor deelnemers: de tijdsevenredige pensioenaanspraak per de datum van ontvangst van de mededeling, welke wordt vastgesteld overeenkomstig het bepaalde in artikel 8, tweede lid, van de Pensioen- en spaarfondsenwet,

    • voor gewezen deelnemers: het ingegane pensioen of de ten tijde van beëindiging van het deelnemerschap vastgestelde pensioenaanspraak vermeerderd met de eventueel daarna toegepaste verhogingen.

Artikel

2

Artikel

3

Artikel

4

Artikel

5

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 mei 1995.

’s-Gravenhage,
de Staatssecretaris voornoemd, R.L.O. Linschoten.