Wet van 10 juli 1995, houdende wijziging van de Brandweerwet 1985, de Wet geneeskundige hulpverlening bij rampen en enige andere wetten in verband met wijziging van de opzet van de inspectie voor het brandweerwezen en regeling van enige andere onderwerpen

Wijzigingswet Brandweerwet 1985, enz.

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de Brandweerwet 1985 en enige andere wetten te wijzigen in verband met wijziging van de opzet van de inspectie voor het brandweerwezen, de Brandweerwet 1985 eveneens te wijzigen in verband met de regeling van enige andere onderwerpen, alsmede de Wet geneeskundige hulpverlening bij rampen te wijzigen in verband met het herstel van enige technische onvolkomenheden;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel

I

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

II

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

III

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

IV

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

V

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

VI

Op degenen die vóór de inwerkingtreding van deze wet in één van de rangen, bedoeld in artikel 14, eerste lid, onderdeel b, van de Brandweerwet 1985 aangesteld waren bij de inspectie voor het brandweerwezen, blijven de regels, bedoeld in artikel 14, eerste lid, onderdelen a tot en met c, van die wet van toepassing, voor zover zij na de inwerkingtreding van dit besluit zonder onderbreking aangesteld zijn bij het Rijk en werkzaam zijn bij de directie Brandweer en Rampenbestrijding van het Ministerie van Binnenlandse Zaken.

Artikel

VII

De ambtenaren die bij besluit van Onze Minister van Binnenlandse Zaken krachtens artikel 24, eerste lid, van de Brandweerwet 1985 zoals dat luidde vóór de datum van inwerkingtreding van artikel I, onderdeel K, als opsporingsambtenaar zijn aangewezen, behouden die hoedanigheid gedurende twee jaar na de datum van inwerkingtreding van dat artikelonderdeel, tenzij zij eerder krachtens artikel 24, eerste lid, van de Brandweerwet 1985 zoals dat komt te luiden na de datum van inwerkingtreding van dat artikelonderdeel, als zodanig worden aangewezen.

Artikel

VIII

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te Tavarnelle
Beatrix
De Minister van Binnenlandse Zaken, H. F. Dijkstal
De Minister van Justitie, W. Sorgdrager