Artikel
1
1
Indien de hierna genoemde gemeenten zich voor 16 januari 1996 schriftelijk jegens de Minister van Binnenlandse Zaken bereid verklaren met inachtneming van deze regeling in de jaren 1996 tot en met 1999 de achter hun naam genoemde plannen uit te voeren en het voor de uitvoering van het plan genoemde bedrag te besteden aan de realisering van de in het plan omschreven activiteiten en prestaties ten gunste van de leefbaarheid, veiligheid en stadseconomie, wordt door het Rijk een eenmalige impuls aan de planuitvoering gegeven ter hoogte van het als rijksbijdrage aangegeven bedrag.
2
Het gemeentebestuur besteedt het als rijksbijdrage aangegeven bedrag aan de uitvoering van het plan.
3
Het gemeentebestuur ontvangt drieëntwintig annuïteiten ter hoogte van het naast de rijksbijdrage vermelde bedrag. Het Rijk kan resterende annuïteiten afkopen.
4
Een annuïteit wordt de gemeenten voor 1 april ter beschikking gesteld.
Plannen
-
Amsterdam: Uitvoering meerjarenprogramma nota gebiedsgerichte aanpak Amsterdam/Grote stedenbeleid
-
Rotterdam: Gebiedsgerichte aanpak Grote stedenbeleid Rotterdam
-
Den Haag: Woekeren met ruimte
-
Utrecht: Utrecht werkt aan leefbaarheid
Rijksbijdrage |
Annuïteit |
|
Amsterdam |
43,125 mln. |
€ 1.701.675,81 |
Rotterdam |
32,775 mln. |
€ 1.293.273,62 |
Den Haag |
25,30 mln. |
€ 998.316,48 |
Utrecht |
13,80 mln. |
€ 544.536,26 |
Totaal |
115,0 mln. |
€ 4.537.802,17 |