Wet van 31 januari 1996, houdende regels betreffende de financiële verstrekkingen ten laste van de begroting van het Ministerie van Financiën

Kaderwet financiële verstrekkingen Financiën

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is een wettelijk kader te scheppen voor de financiële verstrekkingen ten laste van de begroting van het Ministerie van Financiën;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel

1

Voor de toepassing van het bij of krachtens deze wet bepaalde wordt verstaan onder:

  • a.

    Onze Minister: Onze Minister van Financiën;

  • b.

    ondernemer:

  • c.

    verstrekking van financiële middelen: de terbeschikkingstelling van financiële middelen, anders dan als betaling voor zaken of diensten of ter voldoening aan een verplichting tot schadevergoeding.

Artikel

2

In overeenstemming met Onze Minister van Economische Zaken kan Onze Minister subsidies in de vorm van garanties verlenen in verband met aan ondernemers te verstrekken financiële middelen door financiële ondernemingen met zetel in Nederland die een vergunning hebben voor het uitoefenen van het bedrijf van bank ingevolge de Wet op het financieel toezicht en die voldoen aan nader door Onze Minister te stellen regels.

Artikel

3

Artikel

4

Onze Minister kan aan een naamloze of besloten vennootschap waarvan de Staat in het aandelenkapitaal deelneemt, een subsidie in de vorm van een garantie verlenen, mits de begroting van zijn ministerie, dan wel de daarbij behorende toelichting de naam van de betrokken vennootschap vermeldt.

Artikel

5

Vervallen

Artikel

6

Vervallen

Artikel

7

Artikel

8

Deze wet kan worden aangehaald als: Kaderwet financiële verstrekkingen Financiën.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te 's-Gravenhage
Beatrix
De Minister van Financiën, G. Zalm
De Minister van Justitie, W. Sorgdrager