Instelling Commissies Overleg en Voorlichting Milieuhygiëne; Marinevliegkamp Valkenburg

De Staatssecretaris van Defensie,
Overwegende dat een Commissie ten behoeve van overleg en voorlichting omtrent de milieuhygiëne rond het militaire luchtvaartterrein van Marinevliegkamp Valkenburg kan functioneren als een doelmatige organisatie voor het opstellen van adviezen uit eigen hoofde of naar aanleiding van vragen of klachten aan de bevoegde instanties betreffende alle maatregelen en voorschriften ter vermindering van de geluidhinder rond het luchtvaartterrein;
Overwegende dat Marinevliegkamp Valkenburg door de Minister van Defensie is aangewezen als militair luchtvaartterrein bij beschikking nr. 221.195/T van 4 mei 1960 en bij beschikking nr. 221.195/2A van 26 juni 1961;
Overwegende dat de geluidszone ingevolge de Luchtvaartwet voor Marinevliegkamp Valkenburg door de Staatssecretaris van Defensie is aangewezen bij besluit nummer MG 93089854 van 09 november 1993;
Handelende na overleg met de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, het bestuur van de Provincie Zuid-Holland en de besturen van de gemeenten Oegstgeest, Rijnsburg, Valkenburg en Wassenaar.

Besluit:

Artikel

1

Er wordt een Commissie Overleg en Voorlichting Milieuhygiëne Marinevliegkamp Valkenburg ingesteld.

Artikel

2

Artikel

3

De Commissie heeft tot taak:

  • a.

    het voeren van overleg teneinde uit eigen hoofde of naar aanleiding van vragen of klachten advies uit te brengen dan wel voorstellen te doen aan de Staatssecretaris van Defensie over alle maatregelen en voorschriften ter beperking van met name de geluidhinder veroorzaakt door het gebruik van het luchtvaartterrein van het Marinevliegkamp Valkenburg;

  • b.

    het verstrekken van informatie en het geven van voorlichting inzake de geluidsaspecten van het gebruik van het luchtvaartterrein;

  • c.

    het evalueren van de eindresultaten van het te houden onderzoek als bedoeld in artikel 30c, tweede lid, van de Luchtvaartwet.

Artikel

4

De Commissie:

  • a.

    stelt een huishoudelijk reglement vast met betrekking tot de uitvoering van haar werkzaamheden en biedt dat reglement aan de Staatssecretaris van Defensie aan;

  • b.

    kan zich doen voorlichten door deskundigen buiten de Commissie;

  • c.

    doet jaarlijks verslag van haar werkzaamheden aan de Staatssecretaris van Defensie;

  • d.

    stelt jaarlijks een begroting op die goedkeuring van de Staatssecretaris van Defensie behoeft.

Artikel

5

Het secretariaat wordt gevoerd door een door de Staatssecretaris van Defensie aan te wijzen ambtenaar.