Artikel
1
Er is een ’Permanente Kontaktgroep Handhaving Noordzee’, hierna te noemen: de PKHN.
Besluit:
Er is een ’Permanente Kontaktgroep Handhaving Noordzee’, hierna te noemen: de PKHN.
De PKHN heeft tot taak: de beleidsmatige aansturing van de Kustwacht voor wat betreft de handhaving van wettelijke voorschriften op de Noordzee, inclusief daarop gebaseerde besluiten met betrekking tot de resultaatsgebieden aangegeven in artikel 15, vijfde lid, van de Overeenkomst Voor de Kustwacht 1995, d.d. 1 juni 1995, verder te noemen: de Overeenkomst.
De PKHN wordt gevormd door een voorzitter, een secretaris en 9 leden of hun respectieve plaatsvervangers.
De voorzitter, de secretaris, en hun respectieve plaatsvervangers, worden op unanieme voordracht van de leden van de PKHN benoemd door de Minister van Verkeer en Waterstaat.
De leden van de PKHN en hun plaatsvervangers worden aangewezen door de als partij bij de overeenkomst betrokken ministers:
één lid wordt aangewezen door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;
twee leden worden aangewezen door de Minister van Defensie;
één lid wordt aangewezen door de Minister van Financiën;
twee leden worden aangewezen door de Minister van Justitie;
één lid wordt aangewezen door de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij;
twee leden worden aangewezen door de Minister van Verkeer en Waterstaat.
De voorzitter en de secretaris van de PKHN en hun plaatsvervangers worden benoemd, en de leden van de PKHN en hun plaatsvervangers worden aangewezen voor een termijn van ten hoogste vier jaar. Na afloop van een termijn kan herbenoeming, onderscheidenlijk heraanwijzing plaatsvinden. De voorzitter kan één maal worden herbenoemd.
Van de benoeming van de voorzitter, de secretaris, en de aanwijzing van de leden van de PKHN, en de benoeming en aanwijzing van hun respectieve plaatsvervangers, wordt mededeling gedaan in de Staatscourant.
De PKHN vergadert tenminste 2 keer per jaar en verder zo dikwijls indien tenminste 4 leden of de voorzitter de wens daartoe kenbaar maken.
Besluiten worden, met gewone meerderheid van stemmen, genomen in een vergadering waarin ten minste de voorzitter en vijf leden aanwezig zijn. De voorzitter en de secretaris hebben geen stemrecht.
Indien een lid een afwijkende mening heeft, kan op zijn verzoek daarvan melding worden gemaakt in de notulen; desgewenst kan een minderheidsnota bij de notulen worden gevoegd.
Het beleidsplan voor handhavingstaken, bedoeld in artikel 16, derde lid, van de Overeenkomst, wordt pas door de PKHN vastgesteld wanneer dat door alle leden van de PKHN of, bij afwezigheid, door hun plaatsvervangers wordt onderschreven.
De PKHN stelt een werkgroep Beleidsplan Handhaving Noordzee in, hierna te noemen de BHN. De PKHN kan voor tijdelijke werkzaamheden andere werkgroepen instellen.
De BHN wordt gevormd door een vertegenwoordiging, bestaande uit een afgevaardigde van de ministeries van: Financiën, Justitie, Landbouw, Natuurbeheer en Visserij en Verkeer en Waterstaat, of hun respectieve plaatsvervangers, en een secretaris, zijnde de secretaris van de PKHN.
De BHN wordt bij toerbeurt voor een periode van twee jaar voorgezeten door een in het tweede lid bedoelde afgevaardigde, te beginnen met de afgevaardigde van het Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij.
Vervallen
Vervallen
De PKHN zendt binnen 2 jaar na de inwerkingtreding van deze beschikking en vervolgens iedere vier jaar, een verslag van de werkzaamheden aan de Minister van Verkeer en Waterstaat als coördinerend minister voor Noordzee-aangelegenheden.
Deze beschikking treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.
Deze beschikking kan worden aangehaald als: Beschikking instelling Permanente Kontaktgroep Handhaving Noordzee.
Deze beschikking zal met de daarbij behorende toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.